Autotrips met een huisdier

Op weekend of vakantie gaat met je huisdier in de auto vergt wat extra voorzorgsmaatregelen. Je moet ook de regels van de bezochte landen rond het vervoer van huisdieren kennen.

Een huisdier meenemen in de auto is niet zonder risico. Als je kat of hond vrij kan bewegen, kan het dier de bestuurder hinderen en zo een ongeval veroorzaken. Sommige landen hebben trouwens specifieke regels rond het vervoeren van huisdieren. En zolang het echt niet anders kan, is het zinloos om aan een lange rit te beginnen met een dier dat niet gewoon is om in de auto te reizen. Vergeet ook niet dat je huisdier in het buitenland vaak een Europees paspoort moet hebben (afgeleverd door de dierenarts), naast een chip en een vaccinatieboekje. Voorzie ook drinkwater, een favoriet speeltje en stop regelmatig: om de 2 uur een kwartiertje. Om wagenziekte tegen te gaan bij het dier kan de dierenarts een medicijn voorschrijven. Het is ook aangeraden je huisdier tot 4 uur voor het vertrek geen eten te geven.

Belgische wegcode

De Belgische wet beschouwt een huisdier als een lading. Artikel 8.3 van de wegcode zegt: “Elke bestuurder moet in staat zijn te sturen, en de vereiste lichaamsgeschiktheid en de nodige kennis en rijvaardigheid bezitten. Hij moet steeds in staat zijn alle nodige rijbewegingen uit te voeren en voortdurend zijn voertuig of zijn dieren goed in de hand hebben”. Je huisdier moet dus zodanig worden geïnstalleerd dat het je niet kan hinderen tijdens het rijden en geen gevaar kan vormen voor de inzittenden. Anders kan je een boete krijgen. Laat ook nooit een dier zonder toezicht achter in een geparkeerde auto.

In een kooi of vastgebonden

Om met een gerust gemoed te kunnen vertrekken, is het ideaal om een transportkooi te gebruiken die is aangepast aan het formaat van de hond. Deze kooi kan in de koffer worden geplaatst of op de grond tussen de stoelen (maar niet op de achterbank). Voor een kat is dat trouwens de enige oplossing. De Belgische politie schrijft geen boetes uit voor een hond die rustig en comfortabel op de achterbank ligt zonder lis. Hij kan ook worden bevestigd op de achterbank met een “hondengordel” die op minstens 2 punten aan zijn harnas (niet zijn halsband) is bevestigd. Het is echter voorzichtiger om een aangepaste kooi te installeren in de koffer van een break, een SUV of een eenvolumer, op voorwaarde dat deze kofferruimte van het interieur is afgescheiden via tralies of een veiligheidsvenster. Als je het raam opent, moet de opening niet te groot zijn zodat de hond zijn kop niet naar buiten kan steken.

Zie waarom in dit filmpje. Het is in het Duits gemaakt, maar de beelden spreken voor zich:

In het buitenland

Het is belangrijk dat je je informeert omtrent de vereiste documenten en de wetgeving rond het vervoeren van dieren bij je dierenarts, de toeristische dienst van het land of de ambasssade of een consulaat van het land. Doorgaans zijn de regels vergelijkbaar met de Belgische, al zijn er soms specifieke voorschriften voor het vervoer van dieren. Een klein overzicht van nabijgelegen landen:

• Frankrijk: de hond mag geen gevaar vormen voor de bestuurder. De bestuurder kan dus worden beboet als een agent meent dat er een risico is voor de inzittenden van het voertuig. Om een boete te vermijden moet de hond daarom worden vastgemaakt op de achterbank of worden opgesloten in een goed verluchte koffer die van het interieur gescheiden is door een net of een tralies.
• Nederland: er is geen precieze regel, maar de politie kan artikel 5 uit de Wegcode inroepen die zegt dat je geen gevaar mag vormen voor de andere weggebruikers. Het is daarom aangeraden om je huisdier vast te maken of het in een kooi te vervoeren.
• Duitsland: volgens regel 22 van het StVo ben je verplicht je hond op de achterbank of in de koffer vast te maken. De boete is 30 euro, maar kan oplopen tot 75 euro bij een ongeval als gevolg van het huisdier dat de bestuurder stoorde.
• Zwitserland: een hond mag niet op de knieën van de bestuurder zitten en zelfs niet op de voorste passagiersstoel. Het is aangeraden om hem ofwel vast te maken op de achterbank, ofwel om hem in de koffer te vervoeren. Een federale verordening rond de bescherming van dieren van 1 september 2008 verwijst bovendien nadrukkelijk naar het respect voor de waardigheid van dieren. Daarom mag een kooi niet te krap zijn.
• Oostenrijk: een hond moet vastgemaakt worden of veilig worden weggeborgen.
• Italië: artikel 169 van de Italiaanse wegcode is gewijd aan het vervoer van dieren. Ze mogen geen gevaar vormen door hun aantal. Ze mogen enkel worden vervoerd in een kooi (bij voorkeur een vast gemonteerde), in een speciale tas die op de achterbank wordt vastgemaakt met een veiligheidsgordel of in de koffer met een scheidingselement om het interieur te beschermen.
• Spanje: artikel 18.1 van de Wegcode vermeldt dat een dier het rijden niet mag hinderen. Het moet dus worden vastgemaakt of in een kooi worden vervoerd.
• Verenigd Koninkrijk: artikel 58 van de Wegcode geeft aan dat dieren voldoende moeten zijn vastgemaakt zodat ze de bestuurder niet kunnen afleiden en passagiers niet kunnen verwonden bij een fors remmaneuver. Wie dat niet doet, riskeert een boete van 5000 Britse pond en 9 punten op hun rijbewijs. Het achterlaten van een hond in een te warme auto kan worden bestraft met een gevangenisverblijf van 6 maand en een boete van 20.000 pond (Animal Welfare Act van 2006). Vooraleer je Brits grondgebied betreedt, moet je documenten voor het DEFRA invullen. Eurotunnel vraagt een meerprijs van 27 euro per dier, per traject.