Een lekke band: wat nu?

Heeft u een lekke band, dan kunt u het wiel gewoon vervangen, als u tenminste een reservewiel heeft. Met een herstelkit kunt u de band soms tijdelijk repareren en verderrijden. Soms moet u echter een beroep doen op pechverhelping.

Een lekke band komt nog vrij vaak voor, maar is op zich geen onoverkomelijk probleem. Het gaat om een incident dat u makkelijk zelf kunt oplossen zonder hulp van buitenaf. Rijd zeker niet verder met een platte band (tenzij het een ‘Runflat’-exemplaar is). Het risico bestaat immers dan je de flank van de band beschadigt, waardoor deze kan scheuren. In dat geval kan de band op geen enkele manier nog hersteld worden en moet hij vervangen worden.

Het wiel vervangen

Eerst en vooral moet u zorgen dat u op een veilige plaats staat. Zet als het kan de auto best veilig langs de kant, waar u niet in de weg staat:

• zet de auto langs de kant, op een vlakke ondergrond.
• trek de handrem aan en zet de auto in eerste versnelling om het voertuig een maximale stabiliteit te garanderen.
• trek een fluorescerend veiligheidshesje aan en vergeet uw gevarendriehoek niet te zetten, zodat u zichtbaar bent voor de andere bestuurders.

Een wiel vervangen doet u in verschillende stappen.

• Maak desgevallend eerst het wieldeksel los.
• Draai de wielbouten of -moeren los met behulp van de daartoe voorziene sleutel. Bij sommige velgen moet u een speciale adapter gebruiken voor de antidiefstalbout of -moer. Deze adapter vindt u in het gereedschapsetui of in het handschoenenkastje. Indien nodig kunt u met uw voet op de sleutel gaan staan terwijl u op de wagen steunt.
• Hef de auto op met de krik (raadpleeg de gebruiksaanwijzing om te kijken hoe u te werk moet gaan), zodat het wiel een twintigtal centimeter boven de grond hangt.
• Verwijder de bouten of moeren met de sleutel.
• Haal het wiel van de auto en vervang het door het reservewiel dat u eerder al uit de auto heeft gehaald.
• Plaats de bouten of moeren terug en draai ze stevig vast. Ga daarbij kruiselings te werk (draai eerst de tegenover elkaar liggende bouten of moeren vast).
• Laat de krik weer zakken tot de auto opnieuw op zijn vier wielen staat.
• Draai de bouten of moeren nog een laatste keer vast met de sleutel. Controleer dan nog één keer of alle bouten of moeren goed vastzitten.

Twijfelt u, laat dan een vakman zo snel mogelijk controleren of u de bouten of moeren correct heeft vastgedraaid. En stop ook zo snel mogelijk om de spanning van het reservewiel te controleren. Laat de lekke band in ieder geval zo snel mogelijk herstellen en weer op de auto plaatsen. Moet de band vervangen worden, vergeet dan niet om ook de andere band op dezelfde as te laten vervangen.

Voorlopige oplossingen

Heel wat constructeurs rusten hun auto’s niet meer uit met een normaal reservewiel, maar enkel met een kleiner thuiskomertje. Soms wordt het reservewiel ook op een stalen velg gemonteerd in plaats van op een lichtmetalen velg. Een dergelijk wiel mag enkel voorlopig gebruikt worden, over een korte afstand en tegen een lagere snelheid. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van uw auto of de vermeldingen op de band om de maximale toegelaten snelheid met dit type wiel te kennen.

Een andere ‘moderne’ oplossing is de herstelkit. Deze bestaat uit een spuitbus met een product dat het gat in de band opvult en een compressor om de band terug op te pompen. Dit werkt op voorwaarde dat het gat niet te groot is.

Sommige auto’s zijn uitgerust met ‘Runflat’-banden. Dat betekent dat deze banden ook wanneer ze leeg zijn, nog een aantal kilometer verder kunnen rijden tegen lage snelheid, zodat je tot bij een garage kunt geraken waar de band dan hersteld kan worden. Met een lekke ‘Runflat’-band mag u echter nooit gewoon verder rijden alsof er niets aan de hand is, want de actieradius is dan altijd beperkt.