Airconditioning: de werking, het onderhoud en eventuele defecten
Airconditioning brengt comfort, zowel in de zomer als in de winter. Hoe werkt een airco, hoe onderhoud je die het best en hoe herken je eventuele defecten? En wat is het verschil met een warmtepomp bij elektrische auto's?
In nieuwe wagens is airconditioning doorgaans standaard. Je hebt een manuele airco en een automatische airco. Een manuele airconditioning verandert enkel de temperatuur en de luchtstroom, terwijl een automatisch systeem het vermogen en de luchstroom stuurt in functie van de gekozen temperatuur door het passagierscompartiment eerst te verwarmen of af te koelen en vervolgens op temperatuur te houden.
Een airconditioning van het type dual-zone hanteert verschillende temperaturen link en rechts vooraan, een airconditioning van het type trizone doet daar een regeling van de temperatuur achteraan bovenop en een airconditioning van het type quadrizone hanteert ook een links-rechtsregeling achteraan.
De ideale temperatuur van de airconditioning in een auto is een temperatuur van 20° Celsius. Het gebruik van de airco zorgt voor een kleine verhoging van het brandstof- of stroomverbruik, veroorzaakt door de aandrijving van de compressor. Verschillende aircosystemen beschikken over een Eco-stand die dat meerverbruik reduceren.
Hoe werkt een airconditioning?
De airconditioner koelt de lucht in het passagierscompartiment door frisse lucht naar binnen te sturen en warme lucht naar buiten af te voeren. Het systeem verwijdert ook vocht uit het voertuig. Daarom is een airco ook nuttig in de winter om ijsvorming te verwijderen. Warmte wordt op een ander circuit geleverd door een verwarming, die kan worden gecombineerd met de airconditioning als onderdeel van een automatisch systeem.
Conventionele airconditioning in auto's is vergelijkbaar met het koelsysteem in een koelkast. Het systeem gebruikt een compressor, aangedreven door een riem die verbonden is met de motor en die een koelgas onder hoge druk comprimeert.
Het gas gaat dan door een condensor, waar het wordt afgekoeld tot een lauwwarme vloeistof. Die wordt vervolgens gedehydrateerd en gefilterd voordat het door het expansieventiel gaat, dat de druk verlaagt en het gas afkoelt.
De frisse lucht die naar het passagierscompartiment wordt gestuurd, is warme buitenlucht die door de verdamper stroomt en via een netwerk van kanalen afkoelt zodra hij in contact komt met de koude vloeistof. Tijdens het passeren door de verdamper wordt de buitenlucht gefilterd en ontdaan van zijn vocht, zodat die buitenlucht zo zuiver mogelijk gemaakt wordt.
De vloeistof in het airconditioningsysteem wordt weer vloeibaar en maakt een lus terug naar de compressor, enzovoort. Het water dat zich onder de auto vormt na intensief gebruik van de airco is het vocht dat door de verdamper is verdreven.
Wat doet een warmtepomp?
Voor elektrische auto's is temperatuurregeling complex en essentieel, zeker voor de staat van de batterijen. Er is een steeds populairdere (en steeds vaker standaard gemonteerde) oplossing om het rijbereik te behouden is de warmtepomp.
Door gebruik te maken van warmteoverdracht om het passagierscompartiment van een elektrische auto te verwarmen of af te koelen, vermindert een warmtepomp het elektriciteitsverbruik. Dit systeem maakt gebruik van een compressor, een condensor, expansiekleppen en een radiator.
Voor verwarming zijn geen verwarmingselementen nodig, omdat de warme lucht uit de verschillende onderdelen wordt teruggewonnen. De warmtepomp kan ook buitenlucht nemen en deze via een compressor naar de temperatuurwisselaar (radiator) sturen. Bij cockpitairconditioning wordt de warmte van de boordsystemen naar buiten afgevoerd. De teruggewonnen lucht wordt gekoeld door een expansieventiel (dat de druk verlaagt) voordat de koude via een radiator naar de cabine wordt gestuurd.
Correct gebruik van airconditioning
Zoals altijd: neem de tijd om de instructies te lezen, zodat je weet wat welke knoppen betekenen en in welke menu's je nodig hebt om bepaalde functies te gebruiken.
In de winter
Schraap eventuele ijsvorming eerst weg, activeer vervolgens de ontdooifuncties om de achterruit, de zijspiegels en de voorruit te verwarmen. Of zet de airconditioning op maximaal vermogen of druk op de knop "A/C Max".
Zorg ervoor dat de ruiten en de zijspiegels ijsvrij zijn voordat je wegrijdt. Zodra alles ontdooid is, zet je de airconditioning best op zijn automatische stand.
In de zomer
Vermijd al te koude temperaturen, want door het grote verschil met de buitentemperatuur loop je het risico op een verkoudheid door thermische shock. Bovendien kan de onderkant van de voorruit zo aandampen of zelfs bevriezen.
De ideale temperatuur is 20° Celsius, tenzij de buitentemperatuur hoger oploopt dan 28° Celsius. In dat geval moet je de airconditioning instellen op een temperatuur die 5 à 7 graden koeler is dan de buitentemperatuur (dus 23 à 25 graden aan boord als het buiten 30° Celsius is).
Nog meer tips
Schakel de luchtrecirculatie (via de knop waarop een auto met afgeronde retourpijl afgebeeld staat) alleen in bij het starten en zet deze uit zodra de temperatuur draaglijk wordt. Nog beter: zet de airconditioning op automatisch.
Richt de luchtstroom niet op je aangezicht of op je bovenlichaam: geef de voorkeur aan indirecte en opwaartse verspreiding van de luchtstroom in het passagierscompartiment.
Open de ramen slechts enkele minuten na het starten van je auto om een oververhit passagierscompartiment te ventileren en af te koelen in de zomer. Of om vocht te verwijderen en beslaan te voorkomen in de winter (let op dat je de ramen niet opent als de afdichtingen bevroren zijn).
Stel de airconditioning achteraan in voor je vertrekt of leer oudere kinderen hoe ze die correct moeten gebruiken.
De "SYNC"-knop kan je gebruiken om voor iedereen aan boord dezelfde temperatuur in te stellen.
Als je (elektrische) auto met een voorverwarm- of voorverkoelingsfunctie komt, gebruik die dan wanneer het voertuig nog aan de laadpaal hangt (om nodeloos energieverlies te voorkomen).
Onderhoud van airconditioning
Om optimaal van het comfort van airconditioning te genieten, is het belangrijk om het onderhoudsschema van de fabrikant of de onderhoudswaarschuwingen op het dashboard te volgen.
Checklist
Tijdens dit bezoek aan de werkplaats moet de monteur de airco reinigen en behandelen, de vloeistof bijvullen en de door de fabrikant vereiste controles uitvoeren. Het cabinefilter moet ook worden vervangen (elke 15.000 km).
Naarmate de auto ouder wordt, zijn er natuurlijk risico's op slijtage, lekken en defecten van bepaalde onderdelen in het aircosysteem. Als de zomer nadert, vooral als de auto in hete gebieden zal worden gebruikt, kan het de moeite waard zijn om de airconditioning te laten nakijken (soms gratis).
Wie een airconditioning heeft, gebruikt die best: minstens één keer per maand gedurende 15 minuten. Om de verspreiding van ziektekiemen of allergenen te voorkomen, moet de airco ten minste één keer per jaar worden gereinigd. Dit kan worden gedaan met een spuitfles.
Mogelijke defecten van airconditioning
Water onder de auto na gebruik van de airco is normaal. Dat heeft te maken met de afvoer van vocht en condens. Maar opgepast wanneer het waarschuwingslampje "airco" (in de vorm van een ijskristal) begint te branden. Andere signalen die wijzen op een defecte airconditioning: vieze geurtjes, slechte ontwaseming, zwakke luchtstroom of metaalachtige geluiden.
Doorgaans kan je die kwaaltjes aan de airco oplossen door de koelvloeistof bij te vullen of de filter te vervangen. Maar er ook sprake van een echt defect aan de airconditioning zijn: doorgaans is er sprake van een lek of van een kapot onderdeel.
Rijd niet met een defecte airco, want dit kan leiden tot oververhitting van de motor en tot gezondsheidsproblemen (door de verspreiding van bacteriën, bijvoorbeeld voor de veteranenziekte).
BLIJF OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE AUTONIEUWS!
Nieuwe modellen, tests, advies, exclusieve evenementen! Het is gratis!