Viscositeit of dikvloeibaarheid verwijst naar de stroperigheid van een vloeistof. In het geval van motorolie wordt die gemeten volgens bepaalde normen – vastgelegd door de Society of Automotive Engineers (SAE) – en weergegeven door middel van een getal gevolgd door een W en een ander getal. Voorbeeld: 5W30. Het getal voor de W verwijst naar de viscositeit van de olie bij koude; het getal na de W geeft de viscositeit aan in warme omstandigheden. De viscositeit van de olie verandert namelijk samen met de motortemperatuur.
De ‘koude viscositeit’ is belangrijk in die zin dat de olie ook bij lage buitentemperaturen (bijvoorbeeld in de winter) haar rol als smeermiddel moet vervullen zodra de motor wordt gestart. Hoe lager deze waarde, hoe gemakkelijker de olie zal circuleren. Het tweede getal geeft het vermogen van de olie aan om zelfs bij hoge temperaturen een resistente film te vormen. Naarmate de olie warmer wordt, wordt ze namelijk vloeibaarder, wat een ontoereikende smering kan veroorzaken als ze té vloeibaar wordt. Hoe hoger dat getal, hoe dikker de oliefilm zal zijn. De getallen in de code gaan tot 0 voor de ‘koude viscositeit’ en tot 60 voor de ‘warme viscositeit’. De autoconstructeurs neigen naar steeds vloeibaardere oliën. De redenen daarvoor liggen voor de hand, want volgens Oliver Kuhn van LIQUI MOLY kan met een vloeibare motorolie het verbruik met 2 tot 3 procent worden verlaagd.
Kwaliteitsnormen
Er zijn twee belangrijke normen om de technische eigenschap- pen van oliën te quoteren: die van de Association of European Automobile Manufacturers (ACEA) en die van het American Petroleum Institute (API). De API- en ACEA-specificaties valideren een kwaliteitsniveau dat door alle constructeurs wordt erkend. Toch voegen sommige van hen er ook nog hun eigen eisen aan toe.
De ACEA-normen, die gelden sinds 1 januari 1996, zijn onder te verdelen in drie groepen: A voor benzinevoertuigen, B voor diesels en C voor oliën die specifiek zijn voor bepaalde constructeurs. Deze letter wordt gevolgd door een cijfer van 1 tot 5 dat de kwaliteit van de olie aangeeft. Hoe hoger het getal, hoe beter (zie tabel). Het principe voor de API-norm is vergelijkbaar. Benzinemotoren worden aangeduid met de letter S, dieselmotoren met de letter C. De tweede letter geeft de prestaties van de olie weer. Hoe verder in het alfabet, hoe beter de eigenschappen van de olie. Oliver Kuhn van LIQUI MOLY vat de behoefte aan specifieke oliën als volgt samen: "Olie is een vloeibaar reserveonderdeel dat specifiek op een bepaald type motor is afgestemd. Net zoals er niet één remset is voor elk type voertuig, is er ook niet één olie voor elke auto."
ACEA-normen
Benzinevoertuigen
- A1 : basisniveau
- A2 : middenklasse
- A3 : topklasse
- A4 : topklasse, voor directe injectie
- A5 : zeer hoge kwaliteit, voor grote intervallen tussen oliewissels en gebruik met partikelfilter
Dieselvoertuigen
- B1 : basisniveau
- B2 : middenklasse
- B3 : topklasse
- B4 : topklasse, voor directe injectie
- B5 : zeer hoge kwaliteit, voor grote intervallen tussen oliewissels (gelijkwaardig aan C1)
Specifieke normen voor benzine- en dieselvoertuigen
- C1 : hoge kwalteit (gelijkwaardig aan B5), grotendeels voor Ford
- C2 : hoge kwalteit, grotendeels voor PSA
- C3 : hoge kwalteit, grotendeels voor DaimlerChrysler, Renault en de Duitse constructeurs
- C4 : hoge kwalteit, grotendeels voor Renault
Niet te veel, niet te weinig
Voor een optimale werking van je voertuig is het van groot belang om de voorgeschreven hoeveelheden olie te respecteren. Zowel te weinig als te veel olie kan schade veroorzaken. Een ontoereikend oliepeil leidt tot onvoldoende smering van de motoronderdelen (risico op overver- hitting of zelfs schade); in dat geval zou op je instrumentenbord een verklikkerlichtje moeten branden. Anderzijds is een teveel aan olie ook niet aan te bevelen. In dat geval kunnen er bijvoorbeeld lekken ontstaan door overdruk en kan de motor beschadigd raken. Overtollige olie kan ook rookvorming in de uitlaat veroorzaken.
Tips voor bestuurders
- Controleer het oliepeil van je auto regelmatig (bijvoorbeeld om de twee tankstops).
- Bewaar een kleine bus met de juiste olie in de koffer. Dan heb je hem bij de hand als je onderweg moet bijvullen. In de oliegids op www.liqui-moly.com vind je welke olie je moet gebruiken.
- Respecteer de voorgeschreven oliewisselintervallen van de autoconstructeur, want de olie verliest geleidelijk haar eigenschappen met de tijd en door slijtage. Als het oliewisselinterval zwaar wordt overschreden, kan slechte smering ernstige schade aan de motor veroorzaken.
- Kwaliteit loont: in het licht van de totale werkingskosten van een auto is de motorolieprijs nauwelijks doorslaggevend. Hierop besparen kan je later zuur opbreken: meer slijtage, meer motorproblemen, meer reparatiekosten en een kortere levensduur van de motor. Een goedkope olie kiezen betekent dus niet dat je op lange termijn geld zal besparen.
BLIJF OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE AUTONIEUWS!
Nieuwe modellen, tests, advies, exclusieve evenementen! Het is gratis!