Professioneel / Een bedrijfswagen via het cafetariaplan: interessant, maar...

Loonflexibilisering is vandaag ingeburgerd, met name in sectoren die het moeilijk hebben om bepaalde jobprofielen te vinden. Bedrijven krijgen van de Belgische overheid diverse tools aangereikt om zich aantrekkelijk op te stellen in de war for talent. Een zo’n tool is het cafetariaplan. Dat geeft werknemers de mogelijkheid om hun loonpakket zelf samen te stellen binnen bepaalde wettelijke en budgettaire limieten. De term ‘cafetaria’ slaat op het feit dat je kunt kiezen uit diverse ‘gerechten’.

Het grote voordeel is dat je als werknemer een stuk van je extralegale salarispakket – bijvoorbeeld je dertiende maand, een bonus, enzovoort – kunt aanwenden om een ander voordeel te financieren dat beter aansluit bij je eigen noden. “Een bedrijfsauto is daarbij een populaire keuze: hij staat op de vierde plaats, na extra vakantiedagen, pensioensparen en multimedia”, zegt Veerle Michiels, juridisch adviseur bij HR-dienstverlener SD Worx.  

Fiscaal interessant?

Werkgevers die een cafetariaplan aanbieden, merken dat individuele voorkeuren erg leeftijdsgebonden zijn. “Ook de woonplaats is een belangrijke factor”, verklaart Joëlle Boutefeu, Senior Consultant bij Securex. “Globaal genomen is een bedrijfsauto vooral in trek bij 30-plussers die niet in de nabijheid van een stad wonen en sowieso een auto nodig hebben. Jongere werknemers hebben minder interesse in een auto van het werk, zeker als ze op andere manieren kunnen forenzen.”

Maar hoe wordt de auto dan fiscaal verwerkt binnen het cafetariaplan? “Een wagen die de werkgever ter beschikking stelt en die je als werknemer ook mag gebruiken voor privéverplaatsingen, vormt een belastbaar voordeel van alle aard voor de werknemer, maar er zijn geen ‘gewone’ werkgevers- en werknemersbijdragen op verschuldigd. Dat voordeel wordt namelijk expliciet uitgesloten uit het RSZ-loonbegrip.

Wel moet de werkgever een maandelijkse solidariteitsbijdrage betalen, afhankelijk van het brandstoftype en de CO₂-uitstoot van de betrokken wagen”, verduidelijkt Veerle Michiels. Het totale kostenplaatje van de auto voor de werkgever wordt ook grotendeels bepaald door de fiscale aftrekbaarheid ervan. Hoe hoger de CO₂-uitstoot, hoe lager het aftrekbaarheidspercentage en hoe hoger de total cost of ownership of TCO.

Elektrisch of niet

Sinds 1 juli 2023 gelden er nieuwe fiscale regels voor bedrijfsauto’s. “Als je als werkgever vandaag je personeel nog de mogelijkheid biedt om een wagen te kiezen die op diesel of benzine rijdt, dan daalt de aftrekbaarheid de komende jaren aanzienlijk. Tegelijk wordt de CO₂-bijdrage van niet-emissievrije voertuigen vermenigvuldigd, met factor 2,25 vandaag tot factor 5,5 vanaf 2027”, zegt Joëlle Boutefeu.  

“Werkgevers die nog een wagen op (deels) fossiele brandstof aanbieden binnen het cafetariaplan, houden rekening met die verhoogde kosten. Daardoor is het waarschijnlijk dat een werknemer binnen het beschikbare budget moet kiezen voor een kleinere wagen”, voegt Veerle Michiels toe. “Werkgevers passen hun bedrijfswagenbeleid aan de nieuwe (para)fiscale spelregels aan. Dat vertaalt zich in een ruimer aanbod aan elektrische wagens. Rekening houdend met de hogere kostprijs kan dat ertoe leiden dat werknemers een ander, kleiner model ter beschikking krijgen.”

Laadpaal inclusief?

“Alleen elektrische wagens blijven fiscaal ‘stabiel’ de komende jaren. We zien dan ook dat de meeste bedrijven de keuze beperken tot dit type auto’s”, verklaart Joëlle Boutefeu. “Daarbij wordt meestal ook de elektriciteit vergoed die tijdens het rijden verbruikt wordt. Sommige bedrijven werken met een vast stroombudget en rekenen het verschil af, andere leggen geen limieten vast voor de laadpas.”

Een elektrische auto, die is des te interessanter als je thuis kunt opladen. Komt de werkgever dan ook tussenbeide bij de laadpaal of het thuislaadstation? “Er zijn drie mogelijkheden. Ofwel wordt de thuisinstallatie betaald door de werkgever, ofwel is de kostprijs ervan verrekend in het leasebudget van de auto en regelt de leasefirma de installatie, ofwel betaalt de werknemer het systeem zelf”, zegt de Securex-consultant.

“We zien dat de laadpaal thuis het voorbije jaar verdubbeld is als keuze binnen het cafetariaplan. Deze oplossing is voordelig voor alle partijen. De werknemer kiest de laadpaal in één pakket met de bedrijfswagen, de werkgever heeft via de laadpaal de mogelijkheid om de thuis afgenomen laadstroom voor de bedrijfsauto correct te vergoeden. Een win-win, dus”, besluit Veerle Michiels.