Tegenwoordig wordt de merknaam Vauxhall enkel nog gebruikt voor de rechtsgestuurde versies van Opel-modellen, een beslissing die nog dateert van toen beide merken nog deel uitmaakten van de Europese portfolio van de Amerikaanse groep General Motors. Een halve eeuw geleden deelden de respectieve gamma's ook al heel wat techniek, maar voeren beide constructeurs toch nog iets meer een eigen koers en hadden ze nog eigen designafdelingen.
Zo kwam de designafdeling van Vauxhall, die werd geleid door de Amerikaan Wayne Cherry, in 1970 met deze SRV (voor Styling Research Vehicle). De auto werd voor het eerst aan het publiek getoond op het salon van Londen in 1970 en maakte het jaar nadien opnieuw zijn opwachting op dat van Genève.
LEES OOK AutoGids' Terug naar de Toekomst - modeloverzicht van A tot Z
2+2
Hoewel de auto er behoorlijk supersonisch uitzag, bood hij niet alleen vier zitplaatsen, maar had hij ook nog eens vier deuren. Al kunnen we in beide gevallen beter spreken van '2+2', want de achterdeurtjes waren een pak kleiner en vielen eigenlijk pas op wanneer ze geopend waren – ze scharnieren trouwens achteraan naar boven; een B-stijl is er niet. Naast zijn wigvormige design, dat in die periode erg in trek was, onderscheidde de Vauxhall SRV zich ook met zijn bijzondere proporties. Zo was hij liefst 5 meter lang en bijna 2 meter breed, maar slechts iets meer dan een meter hoog.
Zijn wielbasis bedroeg echter 'maar' 2,67 meter. Een groot deel van zijn totale lengte zat dus in zijn overhangen (vooraan 1,1 en achteraan 1,3 meter), wat er een soort 'long tail' van maakte. De motor lag achterin. Het is te zeggen, daar was plaats voor een motor. De SRV moest een dwars gemonteerde 2.3-viercilinder krijgen met injectie en twee turbo's, maar in het motorcompartiment lag een nepkrachtbron van glasvezel, aluminium en hout. Een transmissie was zelfs helemaal niet voorzien. Zich op eigen kracht voortbewegen kon de SRV dus niet.
Vaste voorstoelen
Bijzonder was ook dat de voorste inzittenden hun zithouding niet konden aanpassen door hun stoel te verstellen, maar wel al de rest. De voorstoelen waren vast (en maakten zo deel uit van de dragende structuur), maar al de rest (stuurkolom, pedalen en zelfs instrumenten) was verstelbaar. De instrumenten waren trouwens bevestigd aan de bestuurdersdeur en scharnierden dus weg bij het openen van de deur om het in- en uitstappen te vergemakkelijken.
Het futuristische koetswerk was van glasvezel, terwijl de achterwielen waren afgedekt met het oog op een optimale stroomlijn. Uiteindelijk zou de Vauxhall SRV nergens toe leiden – General Motors had toen al beslist dat de toekomst van Vauxhall en Opel steeds meer met elkaar verbonden zouden zijn. En de rest is geschiedenis...
BLIJF OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE AUTONIEUWS!
Nieuwe modellen, tests, advies, exclusieve evenementen! Het is gratis!