- Score redactie /20
Een persauto met stalen velgen en wieldeksels. Ik kan me met de beste wil ter wereld niet meer herinneren hoe lang dát wel niet geleden was. Meestal zijn de auto’s die journalisten worden aangeboden, bijna full option aangekleed. Fijn, maar daardoor is het voor ons vaak moeilijk ons een beeld te vormen hoe diezelfde auto voor Jan-met-de-pet eruitziet. Een basisversie meekrijgen vind ik dan ook altijd een razend interessant vooruitzicht.
In dit geval kwam het door een speling van het lot dat ik de (klap)sleutel van een manuele Hyundai i20 1.0 T-GDi in Dragon Red in de handen gestopt kreeg. Een relatief bescheiden Twist-uitvoering, het basisniveau voor de drukgevoede driecilinder van 100 pk. Niks online poespas dus, niks handsfree starten, niks automatische airco en ook geen microhybride ondersteuning op 48 volt, want die is pas op de hogere uitrustingsniveaus van de partij. Maar u weet wat ze zeggen: less is more...
Leuk
Dat de 1.0 T-GDi een levendig baasje is, wist ik al van eerdere kennismakingen. In combinatie met de handgeschakelde zesbak wist hij me al snel in te pakken: er schuilt pit in deze driecilinder, die ook hogere toeren niet schuwt. Bovendien kwam hij in deze i20 spaarzamer voor de dag dan ooit: ik klokte af op een uitstekende 5,1 l/100 km. Het microhybridesysteem lijkt me dus geen must – temeer daar het de doseerbaarheid van de vertragingen allicht geen goed doet.
Een bijkomend voordeel van niet voor die 48V-technologie te kiezen, is dat de i20 dan zijn volle koffervolume van 352 liter behoudt – mét mildhybride componenten is dat maar 262 liter. De i20 heeft de zaakjes qua packaging trouwens goed voor elkaar: met de bestuurdersstoel ingesteld voor mijn 1,80 meter blijft achterin nog altijd ruim voldoende beenruimte over, zelfs voor een volwassene.
Die bestuurdersstoel zat mij trouwens als gegoten. Niet te hard en niet te zacht, wangen die voldoende gewelfd zijn, en vooral een zitting die lang genoeg is om mijn bovenbenen fatsoenlijk te ondersteunen. Dat is op zich al vrij uitzonderlijk, en al helemaal voor een stadsauto uit het B-segment.
Jammer
Niets zo ergerlijk in moderne auto’s als een spoorassistent die voortdurend aan je stuur zit te trekken. Op de snelweg is dat vaak al irritant genoeg, maar deze i20 heeft ook op kleinere wegen de drang om zich nodeloos te komen moeien, door in bochten zelf aan het stuur te draaien nog voor je goed en wel de kans hebt gehad een lijn te kiezen – compleet voorbarig en frustrerend. Hopla, uit met die handel...
Bij alle wierook die ik de 1.0 T-GDi hierboven toezwaaide, hoort ook een kleine kanttekening – het is een driecilinder, en daar herinnert hij je aan telkens wanneer je het gaspedaal wat dieper intrapt. In een goedgemutste bui kon ik die sonore driecilinderbrom nog wel appreciëren, maar er waren toch ook momenten dat ik het even gehad had met al dat kabaal. Het goede nieuws is wel dat het vooral bij akoestische overlast blijft; de trillingen vallen mee.
Ik zei het al: het was een verademing een keer een persauto mee te krijgen die niet full option was aangekleed. En eigenlijk heeft die Twist-uitvoering alles wat een mens nodig heeft – ik heb er geen probleem mee zelf voor thermostaat te moeten spelen voor de klimaatregeling. Alleen die plastic wieldeksels, die zijn me toch net iets te cheap. Op zich niks tegen wieldeksels, maar dan liever geen opengewerkte exemplaren waar je de stalen velg gewoon los door ziet.
Dus
De Hyundai i20 1.0 T-GDi legt alle klemtonen die ik in deze klasse belangrijk vind: hij is tegelijk ruim, praktisch, levendig en zuinig. En als toemaatje rijdt hij nog best prettig ook, ondanks – of net door? – het ontbreken van mildhybridetechnologie op onze testauto. In elk geval heb ik die 48-voltondersteuning niet gemist; ik zou dan ook perfect met deze Twist-uitvoering kunnen leven. Een aangename kennismaking dus.
Verwante testen
08-03-2021
24In dit artikel : Hyundai, Hyundai i20
BLIJF OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE AUTONIEUWS!
Nieuwe modellen, tests, advies, exclusieve evenementen! Het is gratis!