Eerste test / Alfa Romeo Stelvio Quadrifoglio: Quadri-folie

Het concept

De eerste ultrasportieve SUV van Alfa Romeo is een feit. En het is geen halfslachtige poging: met de 510 pk van zijn 2.9-V6 die is ontwikkeld en fijngeslepen door Ferrari is er bijna geen rechtstreekse concurrent. De Porsche Macan Turbo S houdt het bij 440 pk, de Maserati Levante bij 430 pk, de Audi SQ5 TFSI bij 354 pk, de BMW X3 M40i bij 360 pk en de Jaguar F-Pace S bij 380 pk. Er blijft alleen de Mercedes-AMG GLC 63 S met 510 pk – maar uit een 4.0-V8 – die ongeveer even groot is en die dus misschien zijn uitgekozen rivaal is. We komen erop terug.

Wat er verandert

De Stelvio is niet alleen macho onder de motorkap, maar ook uiterlijk, want de Italianen hebben altijd al een zeker talent gehad voor sportief vertoon. In vergelijking met de ‘gewone’ Stelvio zijn luchtuitlaten aangebracht in de motorkap om de V6 te helpen ademen en kreeg hij verder zijschorten en verbrede vleugels om de flanken meer spieren te geven, terwijl de uitlaat uitmondt in een vierdubbele pijp. De standaard 20-duimvelgen lijken bijna ‘klein’, maar ze vallen vooral op door de verfijnde vorm van hun vijf cirkels. In het interieur hebben de designers uitgepakt met edele materialen (leer, koolstofvezel, aluminium, alcantara) en als optie kan de Stelvio worden uitgerust met Sparco-kuipstoelen in koolstofvezel.

Hoe hij rijdt

Van de Giulia naar de Stelvio QV moet de 2.9-V6 met 510 pk bijna 300 kilo meer verzetten. Toch trekt hij quasi even vlot op als de berline dankzij de vierwielaandrijving Q4, die het volledige arsenaal met veel minder drama op de weg overbrengt. Conceptueel is een SUV minder gepast voor bochtig asfalt en daardoor lijkt hij minder scherp (en minder fun) dan de berline. Ons exemplaar was wel uitgerust met de peperdure optionele koolstofkeramische remschijven waardoor je erg laat de ankers kan uitgooien. Jawel, hij is zwaar, maar hij wordt nooit echt plomp, zodat deze Stelvio Quadrifoglio gerust de Ferrari onder de SUV’s mag worden genoemd… in afwachting van een antwoord uit Maranello. Je moet wel een fors gebruiksbudget uittrekken (banden, brandstof, remblokjes). Bij dagelijks gebruik, met de DNA-knop op ‘A’, ligt de 2.9 rustig te brabbelen bij 2.000 o/m aan 120 km/h en genieten alle passagiers van veel comfort.

Budget & uitrusting

De super-Stelvio heeft een vanafprijs van 91.100 euro. Dat is de tol van de exclusiviteit, maar net zoals de Giulia blijft de verhouding prijs-uitrusting vrij gunstig. Zo krijgt hij standaard alles mee wat het merk te bieden heeft aan rijhulpsystemen en connectiviteit, naast een reeks sensoren (om te parkeren, dode hoeken te zien, en om de lichten en ruitenwissers aan te sturen), grote 20-duimvelgen, overal leer (sportstoelen, dashboard), een airco in twee zones, een automatische versnellingsbak (hier is geen handbak verkrijgbaar) en, uiteraard, vierwielaandrijving. Er zijn niet zo veel opties, want buiten het personaliseringsaanbod (kleuren en materialen) blijven nog het panoramadak over, de Sparco-kuipstoelen, de koolstofkeramische remschijven, de adaptieve snelheidsregelaar, een HiFi-systeem van Harman Kardon en een Seat Pack met verwarmde en elektrisch verstelbare zittingen.

Concurrentie

De Mercedes-AMG GLC 63 S begint bij 99.099 euro, een Porsche Macan Turbo met 440 pk bij 95.081 euro. Zonder dat hij daarom het koopje van het jaar is, lijkt de Stelvio toch mooi gepositioneerd. En qua exclusiviteit heeft hij niemand iets te benijden.

Ons verdict

Met deze Stelvio Quadrifoglio schiet Alfa Romeo recht in de roos in een controversieel maar groeiend segment: dat van de SSUV’s of supersportieve SUV’s. Ja, hij is zwaar, energieverslindend en zinloos… Maar wat critici er ook van mogen zeggen, hij gaat hard vooruit. De super-Stelvio is een echte ‘Italian Lover’ en deinst niet terug voor een paar mooie rondingen. Eentje voor liefhebbers van buitengewone vierwielers.