Eerste test / Audi S7 Sportback

De S7 Sportback leent zijn motor van de S8: een 4.0-V8 die gevoed wordt door twee turbo's met Twinscroll-technologie. Om de hiërarchie te respecteren verliest hij hier echter 100 pk en evenveel newtonmeter. Niettemin haalt de S7 Sportback voordeel uit die elektronische vermogingsverlaging in de vorm van een verbruikswinst. Die evolutie gaat gepaard met een aantal maatregelen in de motorruimte: een uitgekiend thermomanagement, een stop-startsysteem, recuperatie van remenergie en cylinder on demand-technologie. Die laatste transformeert de V8 in een zuinige V4 als aan een aantal voorwaarden is voldaan: de motortemperatuur moet meer dan 30 graden Celsius bedragen, de versnellingsbak moet in derde of hoger staan, het motortoerental moet zich tussen 960 en 3.500 o/m bevinden en het koppel tussen 160 en 250 Nm.

De S7 Sportback mag dan wel de kaart van de luxe en het comfort trekken, het is niettemin een echte, doorgewinterde reisberline, die met even veel gemak de kilometers aan elkaar rijgt op de heuvelachtige gewestwegen in het achterland van München als over de snelwegen kan stormen die Beieren doorkruisen. Het optionele actieve achterdifferentieel blijkt een groot voordeel te zijn om bochten met een hoge snelheid aan te snijden, door meer of minder gierkracht te genereren om onder- of overstuur in te perken. Het spreekt vanzelf dat bij een dergelijke rijstijl de motor veeleer de volle kracht van zijn acht cilinders aanspreekt dan dat hij terugvalt op vier cilinders...

Om de CO2-uitstoot in te perken en omdat er nu eenmaal een hiërarchie moet zijn, levert de uit de S8 overgenomen V8 hier 100 pk minder. Tegelijk krijgt de S7 Sportback echter een alertere S-Tronicversnellingsbak, waarmee hij een dynamischer rijgedrag kan voorleggen. Die karaktertrek wordt nog versterkt door zijn vierwielaandrijving voorzien van een actief achterdifferentieel. De S7 Sportback bespeelt dus een ander register, maar dat is zeker niet minder leuk.