Eerste test / Chevrolet Traverse

Net als zijn kleinere broer Equinox is de Traverse een voorwielaandrijver die als optie met vier aangedreven wielen geleverd wordt. Onder de imposante motorkap schuilt één krachtbron: dezelfde V6 als in de Equinox. Hier ontwikkelt deze 3,6 liter grote zespitter 281 of 288 pk (al naargelang hij met een enkelvoudige of dubbele uitlaat is uitgerust). De Traverse is haast 5,20 meter lang en staat op een wielbasis van meer dan 3 meter. Naargelang van de gekozen stoelopstelling kunnen zeven of acht inzittenden mee in een (op de topversies) erg luxueuze omgeving.

In een stedelijke omgeving voel je je de koning te rijk. Alles verloopt moeiteloos, je wordt gepamperd, het is alsof je in een luxelimousine zit. Op de snelweg wordt het plaatje al iets minder rooskleurig: naarmate je snelheid oploopt, verliest de Traverse aan soevereiniteit, hij begint zachtjes te wiegen en te stampen, niet opvallend, maar wel een tikkeltje verontrustend. Even doorblazen op een achterafweg is een behoorlijk schrikbarende ervaring: de Traverse danst van de ene kant van de weg naar de andere en het stuur geeft op geen enkele manier door wat de wagen zal gaan doen. Oké, zo kan het dus ook...

De Traverse trakteert ons op de sensaties die we bij de Equinox verwachtten: dit is een goeie ouwe streetcruiser in een modern jasje. Heel wat Amerikaanse gezinnen zullen er zeker hun ding in zien, maar naar onze normen is dit een voertuig dat een paar decennia achterloopt. Conclusie: strictly for the USA.

U kunt de Eerste Test van de Chevrolet Traverse nalezen in AutoGids 861 van 31/10/2012.