Eerste test / Citroën C1

De nieuwe C1 wordt geproduceerd op dezelfde lijn (in het Tsjechische Kolin) als de Peugeot 108 en de Toyota Aygo en is technisch uiteraard zeer verwant aan die twee. Ook bij de tweede uitgave gaat de Japanner visueel zijn eigen weg, terwijl de twee Fransen ook technisch en qua prestaties opnieuw identiek zijn aan elkaar, aangezien ze dezelfde krachtbronnen gebruiken, terwijl Toyota enkel voor de eigen driecilinder kiest. Ook bij Citroën is er dus keuze tussen de 68 pk sterke eenliter-driecilinder van Japanse oorsprong en de 1.2-driecilinder van 82 pk uit de nieuwe PureTech-familie.

Die laatste konden we kort aan de tand voelen en we moeten vaststellen dat onze bevindingen nauw correleren met die van collega Cédric Derèse voor de 108. Qua wegligging en comfort ging de auto erop vooruit, terwijl de PureTech-motor levendig, maar niet echt sportief is en vrij veel kabaal maakt. In de Amsterdamse binnenstad toonde de compacte en kort draaiende lilliputter zich in zijn element, maar ook bij Citroën moeten ze hun Mirror Screen (navigeren via smartphone) bijstellen, want het systeem stuurde ons ettelijke keren compleet de verkeerde kant op. Gelukkig dat we zelf nog wel kunnen kaartlezen en ons oriënteren...

Als we goed zijn ingelicht, was de C1 bij de vorige generatie de populairste van de drieling. De nieuwe versie zal het misschien moeilijker hebben: hij leunt dicht aan bij de Peugeot, die zo mogelijk nog meer keuzemogelijkheden tot personalisering biedt, terwijl de Japanse Aygo een ietwat ander pad heeft gekozen. Misschien kan de prijs overtuigen, want van de drie is de Citroën de goedkoopste.

U kunt de Eerste Test van de Citroën C1 nalezen in AutoGids 905 van 9/7/2014.