Eerste test / Honda CR-Z

De CR-Z is in zekere zin een spirituele opvolger van de legendarische CR-X. Dat impliceert dat hij betaalbaar moet blijven. In de lage neus van de CR-Z schuilen twee motoren: een dunne, schijfvormige elektromotor en een 1.5-viercilinder op benzine met vier kleppen per cilinder. De CR-Z weegt ondanks zijn elektromotor en bijbehorende batterijpakket nog geen 1,2 ton leeg, zodat hij naar 100 km/h kan spurten in 9,9 seconden en een topsnelheid haalt van 200 km/h.
Maar omdat de CR-Z nog steeds een hybride is, moet ook het verbruik binnen de perken blijven. Het gemiddelde normverbruik bedraagt 5,0 l/100 km en de CO2-uitstoot 117 g/km... Wat niet echt uitzonderlijk is.

Maar het unieke van de CR-Z schuilt in het feit dat hij die relatieve zuinigheid weet te rijmen met de nodige dosis plezier aan het stuur. Want hoewel hij nog lang geen raszuivere rijmachine is, moeten we toegeven dat hij ons onderweg aangenaam heeft verrast. Zoals Honda belooft, voelt de coupé bij het wegrijden verbazend vlot aan dankzij het vroegtijdig beschikbare koppel. De pittige brom die het viercilindertje daarbij produceert, stimuleert de autoliefhebber al vrij snel. Wat het rijplezier zeker bevordert, is de Honda-typische versnellingsbak: de pook laat zich vliegensvlug door de zesbak bewegen en geeft daarbij een helder, mechanisch gevoel. Het is alleen jammer dat de koppeling zo licht en gevoelloos is.

Honda wil zichzelf met de CR-Z een uniek, dubbel imago aanmeten: enerzijds dat van een constructeur van degelijke, zuinige en hoogtechnologische hybride auto's en anderzijds dat van een merk dat weet hoe je leuke sportwagentjes moet maken. Het doel lijkt bereikt, want deze kleine coupé is zowel zuinig als plezierig om mee te rijden, zonder daarom bakens te verzetten. We kijken nu al uit naar een gedetailleerde wegtest.

U kunt de Eerste Test van de Honda CR-Z nalezen in autogids 797 van 12/5/2010.