Test Infiniti FX | AutoGids

5 foto's

Prijs

In Europa hebben we de FX eigenlijk pas leren kennen in 2009, met de lancering van de tweede generatie. Meer dan ooit was de look een van de voornaamste aankoopmotieven van het model. Dat de FX tegenwoordig iets vaker te spotten valt op de wegen van het Oude Continent, heeft vooral te maken met de lancering van de 30d-turbodieselversie (238 pk, 550 Nm) eind 2010. Deze drieliter-V6 is een vrucht van de Renault-Nissan-alliantie en op zijn eentje goed voor negentig procent van de verkoop. Daarnaast omvat het gamma nog steeds twee benzineversies, respectievelijk goed voor zes en vier procent van de verkoop: de FX37, met een V6 van 3,7 liter tussen de voorwielen (320 pk, 360 Nm), en de FX50, die voortgestuwd wordt door een V8 van vijf liter (390 pk, 500 Nm). De 30d die we opnieuw aan de tand konden voelen, had alvast geen verrassingen in petto, maar bevestigde de goede algemene indruk die we al van hem hadden. De geluiddemping en het comfortniveau zijn nog altijd van uitzonderlijk allooi.

Rotsvast overtuigd van de kwaliteit van zijn product laat Infiniti de FX zijn carrière rustig voortzetten, zonder zich nog maar enigszins te bekommeren om de toekomstige Euro 6-normen. Het premiummerk van Nissan ligt niet wakker van stop-startsystemen en andere kunstgrepen om zijn 'dikke' motoren minder CO2 te doen uitstoten, maar wel van de mate waarin (toekomstige) klanten in de watten worden gelegd. In dat kader worden de huidige 55 Infiniti Centres verspreid over twintig Europese landen uitgebreid naar 230 dealers tegen 2016.

U kunt de Eerste Test van de Infiniti FX nalezen in AutoGids 851 van 13/6/2012.