Eerste test / Mazda CX-30 : Mooi én functioneel

Het concept

Hoe noemen ze bij Mazda het model dat zich gaat positioneren tussen de CX-3 en de CX-5? CX-30… Vreemd, tot je bedenkt dat Mazda de typenaam CX-4 al in China gebruikt voor een ander model. Hoe dan ook, de benaming ‘CX-30’ heeft sowieso de verdienste om ons eraan te herinneren dat de nieuwe compacte SUV een groot deel van het DNA van de Mazda 3 in zich draagt. De afmetingen van de CX-30 wijzen op zijn wil om compromissen te sluiten. Met een lengte van 4,39 meter (of 12 centimeter meer dan de CX-3 en 15 centimeter minder dan de CX-5) en een breedte van 1,79 meter straalt hij vooral een stedelijk karakter uit. Naast een mooie interieurruimte kan hij ook prat gaan op een gemakkelijke instap dankzij een bodemvrijheid van 17,5 centimeter. 

Hoe het rijdt

Achter het stuur van de CX-30 vallen twee dingen op: de kleine aanpassingstijd die nodig is om de sensaties van een atmosferische benzinemotor terug te vinden (zie kader) én de opmerkelijk goede geluiddemping van het geheel. Het motorgeluid is amper hoorbaar, terwijl de rolgeluiden haast onbestaande zijn. En dat verleent de auto een hoog zengehalte. Voor het overige hebben we genoten van de snedige voortrein en de erg goede controle van rolneigingen in de bochten – althans voor dit type voertuig.

Maar wat we ongetwijfeld nog het meeste waardeerden, was het zitcomfort voor de bestuurder. Het mag duidelijk zijn dat de Japanse ingenieurs daaraan veel aandacht hebben besteed. Ook de passagiers varen er wel bij. In het bijzonder corpulente mensen, voor wie de instap werd vergemakkelijkt door te kiezen voor aangepaste stoelen. De bagageruimte is gemiddeld: 430 liter in standaardconfiguratie en 1.406 liter met de achterbank neergeklapt. De toegang tot de koffer is overigens heel gemakkelijk dankzij een laaddrempel die zich maar 73 centimeter boven de grond bevindt.

Ons verdict

Met de CX-30 verkent Mazda een segment dat de Japanse constructeur tot op heden onbekend was: dat van de compacte SUV’s. Met zijn originele look en degelijke interieur zou die in staat moeten zijn om een verlengstuk te breien aan het succesverhaal van Mazda. De Japanners bewijzen hier in elk geval dat je niet noodzakelijk hoeft op te gaan in de massa van de gewone SUV’s en toe te geven aan downsizing om een verleidelijk voertuig aan te bieden.