Eerste test / Peugeot 308 1.6 e-HDi

De benaming e-HDi, die werd geïntroduceerd door de 508, slaat op een model dat een dieselmotor combineert met een stop-startsysteem dat werkt met behulp van een starter-alternator. Terwijl deze e-HDi-functie in de 508 alleen verkrijgbaar is in combinatie met een gerobotiseerde versnellingsbak, kan ze in de 308 zowel met die gerobotiseerde als met een nieuwe manuele zesversnellingsbak worden gecombineerd. Jammer is wel dat de 308 er in deze manuele configuratie niet in slaagt beter te doen op de homologatiecyclus voor de CO2-uitstoot dan 109 g/km, terwijl de versie met gerobotiseerde versnellingsbak 104 g/km laat optekenen. De handsgeschakelde variant lijkt nochtans in het voordeel. Op voorwaarde dat de bestuurder de versnellingsbak in neutraal heeft gezet, schakelt de sturing van de manuele e-HDi de motor namelijk al uit zodra de auto minder dan 20 km/h rijdt, bij de versie met gerobotiseerde bak is dat pas onder de 8 km/h.

Waar het Peugeot-systeem wél het verschil maakt, is qua discretie. Het is namelijk snel (400 milliseconden om opnieuw te starten), functioneel (het is voorzien om te werken tussen min 5 en plus 30 graden Celsius) en volledig vrij van trillingen. En dat zijn kwaliteiten die zich in de dagelijkse praktijk laten appreciëren, ongeacht de gekozen versnellingsbak.

Het snelle, altijd beschikbare en trillingvrije e-booster-mechanisme zit de e-HDi als gegoten. Het is een bij alle toerentallen alerte, stille en volle motor die zich des te meer laat appreciëren in combinatie met de uitstekende manuele zesbak. Als wij moesten kiezen, zouden we zeker voor die laatste opteren, ondanks de minder gunstige overheidskorting.