Eerste test / Porsche Panamera GTS: Pure sportlimousine

Het concept

De GTS-badge – die staat voor Gran Turismo Sport – is niet nieuw bij Porsche. Zelfs niet voor de Panamera, die er ook in zijn eerste generatie al recht op had. Toen zette de limousine uit Zuffenhausen zijn ambities als topsporter kracht bij met behulp van een 4,8 liter grote atmosferische V8 met 430 pk (440 pk na de facelift). De huidige Panamera GTS doet niet mee aan de vermogenswedloop en houdt het bij 460 pk. Maar daarmee positioneert hij zich wel slim tussen de Panamera 4S (440 pk) en de Turbo (550 pk) – waarvan hij overigens de nieuwste vierliter-biturbomotor leent. Daarmee wil hij de Porsche-gezinswagen zijn die qua rijsensaties het dichtst in de buurt komt van de 911… Een woordje uitleg.

Wat er verdandert

“Plezier heeft niet alleen te maken met vermogen”, vinden ze bij Porsche. Oké… Maar wat als het model in kwestie 5 meter lang en bijna 2 ton zwaar is? “Maakt niks uit”, luidt het prompte antwoord. Met als toevoeging dat de liefhebbers van recordtijden en verbrand rubber al bediend worden met de Panamera Turbo. En inderdaad, de GTS wil op een andere manier verleiden, met meer finesse. Hij wil de echte liefhebber recht in zijn hart raken door hem constant kippenvel te geven in plaats van hem occasioneel van zijn sokken te blazen. Zoals zo vaak bij Porsche zijn ze daarvoor begonnen met het onderstel aan te scherpen…

Hoe hij rijdt

De GTS is standaard uitgerust met de pneumatische ophanging, die altijd adaptief (PASM) is, maar hier wel 10 millimeter dichter bij de grond ligt. Voor een beter wegcontact rust hij ook op twintigduimvelgen waardoor de grote remschijven (met een diameter van 390 millimeter vooraan en 365 millimeter achteraan) goed zichtbaar zijn. Tot zover de basisset-up. Daarbovenop biedt Porsche nog altijd vierwielsturing aan (voor 2.238,50 euro), het Porsche Dynamic Chassis Control Sport-pakket (5.130,40 euro), met actieve antirolstangen en een achterdifferentieel met vectoriële koppelverdeling (PTV Plus), en zelfs de onvermoeibare koolstofceramische remmen (9.752,60 euro). Allemaal om deze machine nog meer geschikt te maken voor het circuit. Dat is dan ook waar Porsche ons uitnodigde om zijn rasechte sportlimousine op de proef te stellen…

We hadden niet eens drie bochten nodig om te begrijpen wat ze bij Porsche met “plezier” bedoelen. Inderdaad is het niet de stuwkracht van de V8 die hier de meeste indruk maakt. Hoewel je met een spurt van 0 tot 100 km/u in amper 4 seconden bezwaarlijk van een slakkengang kunt gewagen… Nee, de acceleratie is fors en aanhoudend, opmerkelijk lineair ook voor een turbomotor, maar de duw in de rug van de echte Turbo is toch nog indrukwekkender. Om bochten aan te snijden is de GTS dan weer zeker zo vastberaden. Het (standaard) met alcantara beklede stuurwiel nodigt je als het ware uit om racehandschoenen aan te trekken. Oké, op het eind van de rechte lijn heeft deze machine moeite om zijn gewicht tijdens een forse rempartij te verhullen, maar desondanks kun je je rijlijn haarfijn aanhouden. Beter nog, door een beetje aan te dringen kunt je zelfs overstuur uitlokken. Dat zien we de meeste limousines nog niet zo snel doen... Een tik tegen de lepels aan het stuur, een forse trap op het gaspedaal en de GTS schiet vooruit naar de volgende bocht, voor alweer een nieuwe dosis adrenaline…

Budget

In een heerlijke smeltkroes van marketingpraat brengt Porsche zijn Panamera Gran Turismo Sport ook uit als Sport Turismo, dus met een achterklep, een achterbank met drie zitplaatsen (in plaats van twee voor de ‘gewone’ Panamera) en 50 liter extra kofferruimte onder het bagagescherm. Ondanks zijn meergewicht van 30 kilogram hoeft deze koetswerkversie amper iets in te boeten aan prestaties… Alleen 3 km/u aan topsnelheid (289 in plaats van 292) als gevolg van een minder gunstige stroomlijncoëfficiënt. Terwijl de Panamera GTS recht heeft op de uitklapbare spoiler van de Turbo-versie, krijgt de Sport Turismo GTS een gestuurde achtervleugel. Die oogt iets minder gracieus boven aan de achterklep, maar is even efficiënt om de downforce bij (zeer) hoge snelheid te verzekeren. De Panamera Sport Turismo GTS kost 145.418 euro, of 2.904 euro meer dan de Panamera GTS.

Ons verdict

Zelfs in zijn GTS-versie zal een Panamera nooit een 911 – of een andere rasechte sportwagen – kunnen evenaren op het vlak van efficiëntie, prestaties en sensaties, dat spreekt voor zich. Daarvoor  is hij te groot en te zwaar. Maar deze nieuwe generatie weet die handicaps wel beter te verhullen. De GTS biedt zelfs zo veel rijplezier dat we geen aanstoot meer namen aan zijn corpulentie en vergaten dat we met een grote vijfdeurs met imposante koffer onderweg waren. Alleen die prijs is minder makkelijk te vergeten...