Eerste test / Subaru Impreza 2.0 D

De tweeliter-boxerdiesel van Subaru had eerder al onze onverdeelde aandacht opgeëist en onze passie voor echte motornieuwigheden doen oplaaien. De architectuur met vier cilinders die per twee vlak tegenover elkaar liggen, is namelijk uniek in de dieselwereld, die tot op heden enkel bestond uit lijn- en V-motoren. Zijn vermogenskarakteristiek (150 pk bij 3.600 o/m) en koppelkromme (350 Nm tussen 1.800 en 2.400 o/m) plaatsen Subaru's 2.0 D bij de goede leerlingen in zijn cilinderinhoudsklasse.

Deze unieke turbodiesel met twee cilinderbanken onder een hoek van 180 graden heeft met voorsprong de gunstigste balans op het vlak van geluid en trillingen. Zelfs een geoefend oor zal niet gemakkelijk het verschil horen met een benzinemotor. Die opmerking geldt nog meer voor de Impreza 2.0 D, die we nog beter geluidgedempt vinden dan de andere diesel-Subaru's. Bij een stevige rijstijl heeft hij echter te lijden onder een te traag schakelende versnellingspook. De kabelbediende bak mist namelijk precisie in zijn te lange slagen, is een beetje weerbarstig bij het inschakelen en vergalt om heel eerlijk te zijn zelfs een beetje het rijplezier van een auto met een uitzonderlijk laag zwaartepunt waarvan gewicht en koppel ideaal over de vier wielen zijn verdeeld.

Dankzij de unieke boxerdieselmotor komen de uitstekende kwaliteiten van de Impreza nu ook binnen het bereik van veelrijders. Gezien de standaard vierwielaandrijving is Subaru's middenklasser met dieselmotor bovendien best interessant geprijsd.

U kunt de Eerste Test van de Subaru Impreza nalezen in AutoGids 760 van 10/12/2008.