Eerste test / Subaru Impreza: Nog steeds een geval apart

Het concept

We kunnen niet zeggen dat je over de Subaru’s struikelt op de wegen van het Oude Continent. Het merk heeft het bij ons namelijk moeilijk en verkoopt jaarlijks maar zo’n 50.000 auto’s. Dat is weinig, maar dat kan deels worden verklaard door de verdwijning van de Impreza een paar jaar geleden en door het gebrek aan dieselmotoren in de meer compacte modellen zoals de XV. Die situatie zou echter snel kunnen veranderen. Enerzijds omdat dieselmotoren sinds Dieselgate steeds minder populair zijn en klanten massaal terugkeren naar benzines, maar anderzijds omdat de belangrijke compacte berline Impreza bij ons weer opduikt. En met een paar stevige argumenten.

Wat er verandert

De Impreza staat op een volledig nieuw modulair platform dat onder nog andere toekomstige modellen zal dienen, zoals de volgende Outback en Forester. De 70 procent stijvere structuur verzorgt de veiligheid en verbetert de rijkwaliteiten waar Subaru’s zo voor gekend staan, met onder meer een laag zwaartepunt en een 1 centimeter lagere opstelling van de achterste aandrijfassen en van het (nog steeds open) achterdifferentieel. Het doel is om de rolhoek van de as te verminderen en die beter af te stemmen op die van de vooras, zodat onderstuurneigingen worden verminderd.

Verder groeit de Impreza in alle richtingen. Hij is 5 centimeter langer en heeft een 2,5 centimeter langere wielbasis. Dat komt allemaal de binnenruimte ten goede, en dat zowel in het interieur als in de koffer. Achterin genieten de inzittenden meer plek in alle richtingen. De afwerkingskwaliteit is ook veel beter. De opstelling van de bedieningselementen en de verschillende infoschermen is nog steeds even duidelijk.

Hoe hij rijdt

Subaru biedt één enkele 1.6-boxermotor aan. Ook die is helemaal nieuw en verloor bij deze generatiewissel 12 kilo. Vreemd genoeg doet hij het zonder drukvoeding (in tegenstelling tot in de Levorg) en ontwikkelt hij slechts 114 pk en 150 Nm, wat weinig lijkt. Een vreemd idee, want met dit vermogen moet de beweging naar de vier wielen worden overgebracht via de CVT-automaat Lineartronic, die de enige mogelijkheid is in het aanbod. Deze Lineartronic heeft weliswaar een intelligent programma met de naam StepControl, dat de CVT helpt vermijden om hoge – en dus onaangename – toerentallen aan te houden, maar we zagen toch al betere motor-versnellingsbakcombinaties. We zijn hier duidelijk ver verwijderd van het WRC-tijdperk. Maar verder rijdt de Impreza goed en het chassis is uitstekend op het vlak van comfort en rijgedrag, met een mooi evenwicht. Dit model slaagt dan ook in de beruchte elandtest (Moose Test) bij een snelheid van 92,5 km/h, liefst 8 km/h sneller dan zijn voorganger. Dat is onder meer te danken aan het actieve differentieel (vectoriële koppelverdeling) dat voortaan standaard is.

Budget & uitrusting

De prijs van de Impreza zal daarentegen meer dan één potentiële klant interesseren. Het tarief begint namelijk bij 21.495 euro, wat behoorlijk interessant is gezien de algemene kwaliteit van de auto, zijn beloofde lange levensduur, de vierwielaandrijving en de hoeveelheid binnenruimte. Ook de veiligheid is verzorgd. De obstakeldetectie met rij-ondersteuning EyeSight is bijvoorbeeld standaard.

Concurrentie

Uiteraard is het C-segment drukbezet, te beginnen bij de VW Golf, de Peugeot 308, de Renault Mégane, de Opel Astra, de Toyota Auris en de Hyundai i30. Maar bij een vergelijkbaar aanbod (vierwielaandrijving, EyeSight) zijn deze rivalen veel duurder.

Ons verdict

Met zijn sportievere uiterlijk weet de nieuwe Impreza te verleiden. Zoals altijd zijn de meeste van zijn kwaliteiten onzichtbaar (vierwielaandrijving, laag zwaartepunt, EyeSight), maar dat doet niets af aan hoe geslaagd hij is. Behalve dan zijn motor, die met zijn 114 pk veel te discreet is. Laat ons hopen dat Subaru van plan is om binnenkort ook een drukgevoede versie of een hybride op de markt te brengen, die wat beter bij de tijdsgeest zou passen…