Eerste test / Volvo XC60 - Hoge verwachtingen

Het Concept

Toen Volvo zijn XC60 op de markt bracht kon het nauwelijks vermoeden welk groot succes deze auto zou worden, in zoverre zelfs dat hij in moeilijker tijden de Zweedse constructeur mee van de ondergang heeft gered. Ondertussen is Volvo langzaam aan een echte SUV-specialist aan het worden, met eerst de nieuwe XC90, nu de XC60 en tegen het einde van het jaar nog de in Gent gebouwde XC40. Er doen zelfs al geruchten de ronde over een geplande, nog compactere XC20, om op die manier de nog steeds groeiende SUV-markt helemaal te overspannen.

Wat is nieuw?

De hele auto is nieuw, want ook hij rust nu op het SPA-platform (Scalable Platform Architecture), Volvo’s grootste platform waarop ook XC90 en S90/V90 rusten. Dat is dan ook de reden waarom de productie van de nieuweling van Gent naar het Zweedse Göteborg is verhuisd, omdat daar alle auto’s die gebruik maken van dit platform worden in elkaar gezet. De XC60 maakt van bij het begin duidelijk dat hij een telg is van de nieuwe Volvo-familie, maar hij oogt een stuk compacter en ook wel eleganter dan zijn grote broer, waar hij heel wat techniek mee deelt.

Zo kunnen alle motorversies die in de XC90 beschikbaar zijn ook in de XC60 besteld worden, met inbegrip van de T8 Twin Engine met de combinatie van een 320 pk sterke viercilinder benzine en een 87 pk ontwikkelende elektrische motor, goed voor een optrektijd van 0 naar 100 km/h in 5,3 seconden. De overige versies zijn, aan benzinezijde T6 (320 pk) en T5 (254 pk) en bij de diesels D5 (235 pk) en D4 (190 pk), allen met vierwielandrijving. Binnen een klein jaar zal in het geval van de XC60 ook een D3 (150 pk) worden aangeboden. Wij herinneren er u aan dat alle krachtbronnen deel uitmaken van dezelfde nieuwe viercilinderfamilie van Volvo. In de toekomst komen daar in de kleinere modellen nog driecilinders bij.

De nieuwe XC60 wil ook de veiligste Volvo tot nog toe zijn (de Zweden streven er nog altijd naar om tegen 2020 geen dodelijk slachtoffers meer te hoeven betreuren in een Volvo), zodat de hele resem aan beschikbare rijhulpsystemen nog werd geperfectioneerd en uitgebreid, onder meer met een systeem dat tegenliggers opmerkt en erover waakt dat men niet op hun rijvak terechtkomt, dodehoekbewaking die zelf het inhaalmanoeuvre afbreekt wanneer de bestuurder de achteropkomende auto niet heeft opgemerkt, City Safety met stuurcorrecties, een systeem dat vermijdt dat je helemaal van de weg sukkelt en last but not least een Pilot Assist die het rijden op de snelweg (mits er rijstroken zijn aangeduid) overneemt. Volvo kan dus terecht stellen dat het met zijn XC60 een semi-autonome auto (level 2) in de aanbieding heeft.

Hoe rijdt hij?

Een stuk lichtvoetiger en dynamischer dan zijn grote broer, gemiddeld is hij dan ook zo’n 150 kg lichter en we hebben de indruk dat de gewichtsverdeling beter zit. Als je er wat sportiever tegenaan gaat, wil de auto veel minder snel op zijn neus gaan hangen of schuiven (onderstuur), hij gedraagt zich neutraler en biedt duidelijk meer rijplezier op een bochtig parcours dan zijn grote broer.

Er zijn verschillende rijmodi waartussen je kan kiezen, maar in de Eco- of de Comfortstand voelde het stuur (met variabele bekrachtiging) te licht en wat te kunstmatig aan, terwijl in de Dynamic-stand de bak (een achttraps automaat) wat te zenuwachtig en daardoor iets te hortend wordt. Een dilemma dat we dan hebben opgelost door voor de Individual rijmodus te kiezen, met een stuurregeling uit het Dynamic-programma, maar alle andere afstellingen in Comfort-modus.

De XC60 biedt aardig wat ruimte voor 5 en naar goede Volvo-gewoonte zitten de stoelen uitstekend. Op het interieurontwerp is Volvo’s designbaas Thomas Ingenlath bijzonder fier en dat mag er dan ook zijn. Het inspireert zich op de typisch Skandinavische huisstijl die met de nieuwe XC90 werd geïntroduceerd, maar de XC60 heeft zijn eigen accenten zoals de gewelfde houtstrook (matgrijs of matbruin) die over de hele breedte van het dashboard golft.

We reden met de T6- en D5-versies voor deze eerste kennismaking en beide motoren hebben duidelijk voldoende vermogen om van deze XC60 een erg vlotte allrounder te maken, maar als je hoger in de toeren klimt ben je toch telkens weer even opgeschrikt door het gebrek aan een mooie sound van deze krachtbronnen. Ze laten zich horen, maar het geluid is niet altijd even aangenaam.

Midden op het dashboard prijkt ook de MMI-interface met groot, rechthoekig en verticaal geplaatst aanraakscherm met een menulogica die ons nog steeds niet als de meest duidelijke overkomt, maar die wel heel wat mogelijkheden biedt op het gebied van connectiviteit. Een superieur geluidssysteem van Bowers & Wilkins is eveneens verkrijgbaar.

Wat kost hij?

De volgend jaar te lanceren D3 zal voorlopig de enige zijn die in ons land in de basisuitrusting Kinetic te krijgen zal zijn. Voorlopig is het instapmodel een D4 Momentum die 49.250 euro mag kosten, nauwelijks een paar honderd euro meer dan het overeenkomstige oude model. Het instapmodel aan benzinezijde is de T5 Momentum met een prijskaartje van 51.900 euro. De T6 kost 5.300 euro meer, de D5 is 4.250 euro duurder dan de D4. Naargelang van uitrusting, opties en motorkeuze kunnen de prijzen natuurlijk oplopen, zodat je uiteindelijk uitkomt bij de XC60 T8 in Momentum-outfit, voor 70.250 euro. Geen peulenschil, maar de fiscale incentive voor deze 49 g/km CO2 uitstotende plug-in hybrid versie zal er in ons land ook wel een succesverhaal van maken.

Wie zijn de concurrenten?

De grote drie uiteraard (Audi Q5, BMW X3 en Mercedes GLC), voor wie het een doorn in het oog is dat dit Zweeds buitenbeentje hen al een aantal jaren de baard afdoet waar het verkoopcijfers betreft. De nieuwe XC60 krijgt nu gezelschap van andere modellen die trachten de prestige-hegemonie van voornoemde grote drie te doorbreken, denk maar aan de Alfa Stelvio en de Jaguar F-Pace, maar ook aan de binnenkort te lanceren Range Rover Velar of de meest sportieve van het pak, de Porsche Macan.

ONS VERDICT

Onze eerste indruk is dat Volvo met de XC60 weer een hit gaat scoren. Het marktsegment waarin hij zich beweegt, zit nog altijd in de lift, hij oogt mooier en een stuk eleganter dan zijn grote broer, biedt een duidelijk dynamischere rijervaring en is toch ruim en functioneel genoeg om 5 personen snel en comfortabel te kunnen vervoeren. Daarenboven doet de plug-in hybrydisering ook hier haar intrede, wat de topversie op fiscaal vlak superaantrekkelijk maakt.

Minpunten die we konden optekenen zijn op dit ogenblik meer detailopmerkingen, zoals een te licht en kunstmatig aanvoelend stuur, nogal onverfijnd klinkende motoren en een MMI-bediening waar we het een beetje lastig mee blijven hebben, maar we zijn natuurlijk geen jeugdige bollebozen die van swipen, vegen en klikken een tweede natuur hebben gemaakt.