In het kort
-
Wegligging
De 2.0 is niet bijzonder krachtig gezien zijn cilinderinhoud, maar desondanks wel gewillig. De 2.2 blinkt dan weer uit door zijn nerveuze inborst. De versnellingsbak van vooral de kleinste motor is erg lang gespreid, zodat je wat vaker moet terugschakelen. Voor het eerst is voor een Avensis diesel een automaat verkrijgbaar. Het elektrische stuur is een van de betere in zijn soort: niet te licht, niet te zwaar en met een helder communicerend vermogen. Het is alleen jammer dat de draaicirkel vrij groot is.
-
Veiligheid
De remmen van de Avensis voelen wat sponzig aan en zijn weinig bijtgraag. Bij een noodstop blijken die van de 2.2 D-4D een pak krachtiger dan die van de tweeliterdiesel. Het onderstel van de Avensis is volledig op veiligheid en stabiliteit afgesteld en kwijt zich in die zin uitstekend van zijn taak, maar de levendigheid en het rijplezier hebben daar licht onder te lijden. De passieve en actieve veiligheid zijn van topniveau, al is het jammer dat het uitgebreide Safety Pack (afstandsbewaking en spoorassistentie) voorbehouden is aan de diesel met automaat.
-
Comfort
De algemene comfortbalans van de Avensis is erg positief: hij is stil, erg ruim en vertoont een goede schokdemping. Alleen de filtering van kleine, geïsoleerde oneffenheden is een zwakke plek van het geheel. De stoelen zitten goed zonder meer, maar zouden bij het betere bochtenwerk wat meer zijdelingse ondersteuning mogen bieden. De automatische airco kwijt zich perfect van zijn taak.
-
Praktische kant
Het zicht rondom is in de berline gemiddeld, in de break iets minder goed door de kleine zijruitjes en de dikke D-stijl. De koffer is ruim en kan in beide koetswerkvarianten eenvoudig worden uitgebreid door de rugleuning van de achterbank neer te klappen. De zitting is echter vast. Opgelet voor je hoofd bij het inladen van de Wagon, want de kofferklep gaat niet hoog open. De standaarduitrusting is erg uitgebreid en de binnenafwerking is uitmuntend.
-
Budget
Beide diesels zijn bij deze modelwissel zuiniger geworden, zowel op papier (normverbruik) als in werkelijkheid. Een onderhoudsinterval van 15.000 kilometer is tegenwoordig vrij beperkt, al heeft Toyota daar een perfect rationele uitleg voor: het kan daardoor veel minder dure halfsynthetische olie gebruiken. De Avensis werd duurder dan zijn voorganger, maar ook de afwerkingskwaliteit ging erop vooruit. De inruilwaarde van een Toyota met een fiscaal zeer onvriendelijke 177 pk blijft een vraagteken op onze imagogevoelige markt.
Hoewel het grondig vernieuwde design van de auto anders laat vermoeden, is de nieuwe Toyota Avensis vooral een verbeterde versie van zijn voorganger. Wat al goed was, bleef behouden, wat beter kon, is aangepakt. Dat betekent dat hij nog steeds erg ruim en goed afgewerkt is en dat hij een veilig en gezond weggedrag vertoont. De koffer werd wat groter, de diesels zijn nog zuiniger en de trekkracht is flink verbeterd. Het enige objectieve verwijt dat we hem kunnen maken, is dat de filtering van de ophanging nog net iets beter kan. Subjectiever is onze wens voor een wat levendiger onderstel met een snediger voortrein, zodat wat speelsheid aan de franjeloze rationaliteit van deze Toyota zou worden toegevoegd. Maar als totaalpakket is de Avensis nu al een zeer rationele en overtuigende aanbieding, vooral met de 2.0 D- 4D, die minder verbruikt en fiscaal veel gunstiger uitvalt dan de 2.2 D-4D 180.
BLIJF OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE AUTONIEUWS!
Nieuwe modellen, tests, advies, exclusieve evenementen! Het is gratis!