Korte tests / BMW 320e - enkel voor professionals

Concept

We overdrijven niet als we zeggen dat de BMW 3-Reeks een monument is in zijn sector. Een soort van Zwitsers zakmes dat afhankelijk van de versie alles kan. Van de vreedzame berline voor de brave huisvader over de natte droom van jonge dynamische kaderleden tot de uitgelezen keuze voor sportievelingen: in het gamma van de 3-Reeks vind je het allemaal. Er was daarbij een tijd dat een 320 zich opwierp als het ideale compromis tussen comfort en dynamiek, tussen hart en verstand. Zeker als we wat verder terug in de tijd gaan, toen een 320 nog een zescilinder-benzine was.

Er was echter één verschil: er stond toen nog een ‘i’ achter die drie cijfers, terwijl de meest pertinente 320 anno 2021 geheel volgens de tijdsgeest een kleine ‘e’ in zijn naam draagt, de letter die ze in München gebruiken voor de plug-inhybrideversies die het groene conformisme ons opleggen. Vandaag de dag is zo’n PHEV namelijk een must in het gamma, uit voorgeschreven noodzaak – zowel voor de constructeurs zelf (om CO2-boetes te vermijden) als voor de zakelijke klant (om fiscale redenen). De 330e kenden we al, maar nu is er daaronder dus ook de 320e – in feite een toegeknepen versie van die 330e, met een (iets) schappelijker prijskaartje.

Een sportieveling is deze 320e dan ook hoegenaamd niet: zijn 204 pk’s hebben namelijk af te rekenen met een reëel gewicht (volgens het gelijkvormigheidsattest) van… 1.961 kilo, wat resulteert in een weinig flatterende verhouding gewicht-vermogen van 9,6 kg/pk. zijn bestaansreden is dan ook vooral van fiscale aard, dankzij een aftrekbaarheid van 100 procent voor professionals, en ‘milieugerelateerd’, met een officieel normverbruik van 1,5 l/100 km (WLTP), goed voor een CO₂-uitstoot van 34 g/km.

Weggedrag

Tot zover de theorie, want in de praktijk noteerden wij tijdens onze test een verbruik van 4,7 liter én daarbovenop 7,8 kWh elektriciteit per 100 kilometer, waarbij we de batterij telkens hebben opgeladen zodra dat kon. Met een lege batterij neemt het verbruik zonder moeite toe tot 8 à 9 l/100 km. En terwijl BMW een elektrisch rijbereik opgeeft van 48 tot 57 kilometer (ook volgens WLTP), was dat bij ons eerder 30 à 35 kilometer. Zoals altijd zal de relevantie van deze PHEV dan ook voornamelijk afhangen van de frequentie waarmee je oplaadt. Het vermogen van de interne lader in deze 320e is beperkt tot 3,7 kW, maar door de vrij bescheiden capaciteit van de batterij blijven de laadtijden beperkt.

In de basis is het aandrijfgeheel van 320e en 330e identiek: allebei combineren ze een elektromotor van 83 kW/113 pk met de welbekende tweeliter-benzinemotor uit Beieren. Alleen is die viercilinder in het geval van de 330e de volle 184 pk sterk, terwijl dat voor de 320e nog maar 163 pk is. Daarnaast werd ook in het samenspel van beide motoren nog elektronisch ingegrepen, zodat het gecumuleerde vermogen en koppel in deze 320e slechts 204 pk en 350 Nm bedragen, tegenover 292 pk en 420 Nm voor de 330e. De elektromotor wordt gevoed door dezelfde lithium-ionbatterij van 12 kWh (bruto) en de versnellingsbak van dienst is dezelfde achttrapsautomaat.

Van 0 naar 100 km/u spurten doet de 320e officieel in 7,6 seconden – dat is een kleine 2 seconden minder snel dan de 330e – en de opgegeven topsnelheid bedraagt 225 km/u. Er is ook een Sport-modus, die de stuurbekrachtiging, de gasrespons en de sturing van de automaat beïnvloedt (met de Individual-modus kun je al die parameters ook afzonderlijk instellen), maar eerlijk gezegd zien we daar het belang niet zozeer van in. Die stand jaagt de tweelitermotor namelijk in de toeren, iets wat hij voelbaar niet graag heeft. Dat laat hij verstaan met een weinig prettige klank, terwijl het hem ook niet merkbaar dynamischer maakt.

Deze basisversie van de plug-inhybride 3-Reeks is zowel te krijgen in de berline als in de breakversie Touring. Onze testauto was een vierdeurs, en die berlineversie verliest als 320e wel maar liefst 105 liter aan laadvolume in vergelijking met een 320i: 375 liter tegenover 480. Dat is niet niks, en bewijst dat de batterijen en de elektrische ‘machinerie’ plaats innemen. Maar dat niet alleen: ook het extra gewicht is niet te verwaarlozen: reken op meer dan 250 kilo extra in vergelijking met een 320i, die weliswaar iets minder krachtig is, maar dus ook… veel lichter. Voor de Touring dalen het minimum- en maximumlaadvolume van 500 en 1.510 liter in een 320i naar… 410 en 1.420 liter voor deze 320e.

De praktische aspecten worden met andere woorden naar de achtergrond verwezen, al valt er geen verschil te merken wat de interieurruimte voor de inzittenden betreft. Gelukkig maar, zouden we zeggen, want achter een bestuurder van meer dan 1,80 meter beschik je achter in de 3-Reeks sowieso maar over weinig ruimte voor je knieën en… je voeten. Dat komt omdat wij er de voorkeur aan geven de bestuurdersstoel zo laag mogelijk in te stellen. Want net dat appreciëren we zo in een 3-Reeks: het maakt dat je je één kunt voelen met de auto en een perfecte rijhouding geniet met alle bedieningsorganen binnen handbereik. En dan hebben we het in het bijzonder over de iDrive-draaiknop, die je met je vingertoppen kunt bedienen – zoveel makkelijker en nauwkeuriger dan een aanraakscherm, waarbij je naar voren moet leunen om erbij te kunnen.

Verdict

Hoewel deze 320e 3.000 euro minder kost dan een 330e, ben je toch nog altijd 49.405 euro kwijt voor de berline en 53.350 voor de Touring… telkens in basislivrei, dus zonder enige optie. Dat is meer dan wat een 330i van 258 pk kost, en grosso modo 10.000 euro boven op de prijs van een 320i (184 pk) of een 320d (190 pk). Met andere woorden: die meerprijs verdien je als particulier nooit terug.

Deze BMW 320e is dan ook een puur op de fleet gerichte versie, voor klanten die kunnen genieten van de 100 procent fiscale aftrekbaarheid. Die moeten zich er wel bij neerleggen lichtjes aan praktische aspecten te boeten, door het iets lagere koffervolume. Verwacht ook geen sportieve of zelfs maar dynamische ambities. Wat overblijft, is het ijzersterke imago en de status die aan een BMW 3 Reeks kleven…