Toen Renault vier jaar geleden zijn Roemeense dochtermerk Dacia op de West-Europese markt bracht, boekte het zo goed als onmiddellijk een onverwacht succes. De hoekige ‘Oostblokauto’ Logan kon niet snel genoeg worden gebouwd om aan de vraag te voldoen en contradictorisch genoeg boden sommige klanten meer dan de catalogusprijs om toch maar snel een exemplaar te kunnen bemachtigen. ‘Goedkoop’ werd plots trendy... Sindsdien is de wereldeconomie grondig door elkaar geschud door de financiële crisis van 2009. Ook de verzekeringssector kondigde recent een forse verhoging van de premies aan en regeringen wereldwijd zijn hun wegenbelastingen aan het herwerken om zuinige auto’s te promoten. Vandaar dat het ons een goed idee leek om te onderzoeken hoe je zo goedkoop mogelijk aan een nieuwe auto raakt.
Als bovengrens kozen we voor modellen met een instapprijs van 8.000 euro... na aftrek van eventuele fiscale stimuli voor een lage CO2-uitstoot (we houden het bij de officiële catalogusprijzen, uitzonderlijke kortingsacties of promoties tellen niet mee). Volgens onze recentste gegevens blijven dan drie auto’s over: de Dacia Sandero 1.2 (7.950 euro), de exact even dure Lada Kalina 1119 en de Suzuki Alto, die weliswaar 8.699 euro kost, maar die door zijn lage CO2-uitstoot van 103 g/km recht heeft op een overheidspremie van vijftien procent, waardoor hij uiteindelijk de minst dure blijkt te zijn (7.394,15 euro). Dat betekent dus dat we twee robuuste, ‘socialistische’ stadsauto’s en één moderne, Japanse ter beschikking hebben. De Nissan Pixo hoort hier eigenlijk ook thuis, maar omdat hij in feite gewoon een Suzuki Alto met herwerkte neus en andere merklogo’s is, hebben we hem niet aan deze meerkamp laten deelnemen. Hij wordt hier met andere woorden vertegenwoordigd door de Alto.
In dit artikel : Suzuki, Suzuki Alto , Lada, Lada Kalina , Dacia, Dacia Sandero
BLIJF OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE AUTONIEUWS!
Nieuwe modellen, tests, advies, exclusieve evenementen! Het is gratis!