Rijden bij grote hitte

Wanneer het erg heet wordt, worden machine en mens zwaar op de proef gesteld. Gebruik daarom je airco verstandig en neem een aantal voorzorgen voor de gezondheid van je passagiers en je auto.

Hittegolven en hoge temperaturen onder een stralende zon zijn al even belastend voor auto’s als voor de mensen en de dieren aan boord ervan. Onthoud daarom een aantal regels en let erop dat je auto in een goede staat verkeert en goed onderhouden is. Een verwaarloosde wagen kan ten prooi vallen aan oververhitting, vooral dan in files. Bij deze een overzicht van waar je best allemaal goed op let:

• Zorg dat je een zonnebril hebt (onmisbaar voor de bestuurder).
• Draag lichte kleren, bij voorkeur in katoen (maar wel degelijke schoenen, dus geen teenslippers of pantoffels).
• Hou smartphones, draagbare navigatiesystemen en diverse andere elektronische toestellen buiten de zon, of plaats ze eventueel in de luchtstroom van de airco.
• Neem voldoende water mee voor mensen en dieren aan boord (eventueel een reserve in het gekoelde handschoenenkastje of in een koelbox die via de 12V-stekker kan worden gekoeld).
• Als je geen verduisterde zijruiten of geïntegreerde zonneschermen hebt, zorg dan voor een zonnewering of een andere vorm van beschutting met een handdoek voor de passagiers achterin.
• Zorg dat je goed begrijpt hoe je airco werkt (zie verder).
• Parkeer de auto in de mate van het mogelijke in de schaduw, of als er weinig risico is op vandalisme of diefstal (privéterrein of afgesloten parking), met twee zijruiten op een kier. Je kan ook een zonwerend scherm achter de voorruit leggen.
• Pauzeer voldoende om te rusten en te drinken. Zo vermijd je dat je door de hitte bevangen raakt (dat geldt voor zowel de bestuurder als de passagiers).
• Let goed op met kinderen en hun hydratatie.
• In een cabrio is het belangrijk om je tegen een zonneslag te wapenen met een hoofddeksel en tegen het verbranden met zonnebrandolie.
• En vermijd in de mate van het mogelijke om te rijden op de heetste momenten van de dag, tussen 12 uur en 16 uur. Trek er eerder ’s morgens vroeg of in de vooravond op uit – op voorwaarde dat je daarvoor voldoende uitgerust bent
• Kijk het peil van de koelvloeistof na en vul desnoods bij. Hetzelfde geldt voor de motorolie.
• Controleer de staat van je batterij.
• Zorg dat je genoeg ruitensproeiervloeistof hebt aangepast aan hoge temperaturen.
• Banden: rij zeker niet op winterbanden en blaas ze niet op tot de druk die de constructeur voorschrijft voor “zware belading”.
• Tot slot is het mogelijk dat de plaatselijke of regionale overheden beperkingen opleggen aan het verkeer (een verlaging van de maximumsnelheid of zelfs een verbod om er te rijden). Wees dus aandachtig en volg de verkeersinformatie ter plaatse. 

Airco

De airco van een auto moet voldoende onderhouden zijn (vooral dan de filter), want anders kan die je op het meest ongelegen moment in de steek laten. Om het beste uit je airco te halen, houd je best rekening met de volgende regels:

• Neem de tijd om de gebruiksaanwijzing te lezen.
• Programmeer of regel het systeem niet op een te lage temperatuur (gevaar op verkoudheden door te groot temperatuurverschil, of op ijzel op de voorruit). Idealiter bedraagt de temperatuur aan boord van je wagen 20 graden Celsius. Tenzij de buitentemperatuur hoger is dan 28 graden, dan stel je de airconditioning best 5 à 7 graden lager in dan de buitentemperatuur (bijvoorbeeld tussen de 23 en de 25 graden Celsius wanneer het buiten 30 graden warm is) .
• Schakel de luchtrecirculatie enkel in bij het vertrekken en schakel ze uit zodra de temperatuur draaglijk wordt.
• Vermijd om de koude luchtstroom op je gezicht of borstkas te richten (geef de voorkeur aan een indirecte verdeling om luchtcirculatie te creëren in het interieur).
• Stel de eventuele airco achterin op voorhand in (of leer oudere kinderen hoe ze die correct kunnen gebruiken).

De temperatuur doen dalen

Als er een sauna-effect zou zijn opgetreden door te lang in de zon geparkeerd te hebben gestaan, dan kan je eerst het interieur verluchten door de deuren te openen voor je vertrekt. Schakel de airco in maar laat de ramen open gedurende de eerste kilometers om de hete lucht af te voeren. Sluit vervolgens de ramen eens de lucht is ververst. Boven de 70 km/u is het sowieso afgeraden om de ruiten open te laten. Dat verhoogt namelijk het verbruik en veroorzaakt onaangename tocht in het interieur. Hetzelfde geldt voor het open dak, dat erg handig is om de opgewarmde interieurlucht te verwijderen uit een geparkeerde auto.

• Al ons advies voor op reis gaan met de auto.