Industrie en economie / Carlos Tavarès wil verbod op verbrandingsmotoren in 2035 versoepelen

De Europese Unie legt de laatste hand aan een reeks maatregelen in verband met de klimaatverandering, waarvan sommige specifiek betrekking hebben voor de autosector. Een daarvan is een algeheel verbod op de verkoop van nieuwe auto's met een verbrandingsmotor op fossiele brandstof vanaf 2035. Een beperking die de baas van de Stellantis-groep graag versoepeld zou zien om een langere periode mogelijk te maken voordat ook hybride aandrijfgehelen worden verboden. Volgens hem zouden de tot nu toe geplande maatregelen "onbeheersbare sociale gevolgen" hebben.

LEES OOK Stellantis-baas laakt de risico's van de volledige overstap naar elektrische wagens

Elektrische auto's te duur

Een van de argumenten van Carlos Tavares betreft de aankoopprijs van elektrische auto's, die hoger ligt dan die van benzine- diesel- of hybridemodellen. Een meerkost die de toegang tot het vrije verkeer voor een groot deel van de middenklasse in Europa zou beperken. Dat zou tot ernstige sociale problemen leiden en constructeurs en leveranciers dwingen duizenden mensen te ontslaan. Het zou dan vooral gaan om werknemers bij de vervaardiging van onderdelen en de assemblage van verbrandingsmotoren.

LEES OOK Carlos Tavares: motorsport is een marketinginstrument

Investeringen afschrijven

Een ander argument van Carlos Tavares zijn de kolossale investeringen die autoconstructeurs hebben gedaan om al dan niet oplaadbare hybrides te ontwikkelen. Voor de Franse baas zouden de constructeurs die modellen over een langere periode moeten kunnen verkopen om de gedane financiële inspanningen terug te verdienen. “Wat wij onze Europese leiders te bieden hebben, is een overgangsoplossing. Met een milde hybride kunnen we deze voertuigen betaalbaar houden en de CO2-uitstoot met 50% verminderen.”

LEES OOK Elektrische merken: wie en wanneer?

Het Chinese gevaar

Bovendien dwingen die talrijke beperkingen in verband met de klimaatverandering en de versnelde elektrificatie van het autoaanbod de spelers in de auto-industrie ertoe hun productiemodel zoveel mogelijk te rationaliseren. In dat verband zou Stellantis kunnen besluiten de voorkeur te geven aan de invoer van modellen die worden geproduceerd in zijn Chinese fabrieken – die momenteel onderbenut zijn wegens de moeilijkheden van de groep op de Chinese markt. En dat zou ten koste gaan van de productie in Europa. Carlos Tavares verklaarde dat er momenteel vergevorderde besprekingen worden gevoerd met de Chinese partner Dongfeng om tot een situatie te komen waarin Stellantis wellicht niet langer een fabriek in China nodig heeft.