Sir James Dyson had, na de stofzuigermarkt veroverd te hebben, de ambitie om Tesla van de troon te stoten met zijn eigen elektrische auto, die veel beter moest worden dan de Models van Musk. Het model werd ontwikkeld met codenaam N526, maar Dyson besloot in oktober 2019 toch de stekker uit het project te halen. Het model zou 150.000 pond (168.000 euro) per stuk moeten kosten om rendabel te zijn, wat niet realistisch bleek. Dyson had er 500 miljoen pond (559 miljoen euro) van zijn eigen fortuin in geïnvesteerd, maar wist ondanks die aderlating toch aan de top te staan van de Sunday Times Rich List met een vermogen van 16,2 miljard pond (18,1 miljoen euro). En voor die gelegenheid heeft hij wat meer info uit de doeken gedaan aan de Britse krant over zijn elektrische wagen.
600 mijl
De grootste innovatie van de N526, maar direct ook de grootste kostenpost erachter, is zijn batterij. Dyson had namelijk een solid state-accu ontworpen voor het model, met een veel hogere energiedensiteit dan bij de huidige lithium-ionbatterijen. Daarmee kon de 2,6 ton zware SUV een actieradius halen van 600 mijl (965 km), volgens Dyson ook in de winter met de verwarming aan op de snelweg.
Verder leren we nu dat het model zo’n 5 meter lang zou worden, 2 meter breed en ongeveer 1,7 meter hoog. Qua prestaties kreeg de N526 een 200 kW sterke elektromotor op elke as, goed voor 544 pk en 650 Nm, waarmee de wagen in 4,8 seconden naar de 100 km/u kon snellen en een topsnelheid haalde van 200 km/u. Het interieur kreeg futuristisch ogende zetels die een betere steun voor de rug zouden bieden en een head-up display in plaats van traditionele tellers. Maar het had dus niet mogen zijn. Dyson geeft wel aan dat andere constructeurs zijn technologie zouden mogen gebruiken, maar hij gelooft niet dat er iemand de solid state-batterijen op dit moment rendabel kan maken.
BLIJF OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE AUTONIEUWS!
Nieuwe modellen, tests, advies, exclusieve evenementen! Het is gratis!