Abarth probeert al een tijdje opnieuw naam te maken met een beproefd concept uit het verleden: je neemt een Fiat 500 en verandert de rustige stadswagen in een zenuwachtig bommetje. Meer marketing dan wat anders, dacht ik. Tot ik enkele dagen achter het stuur van de Abarth 595C Competizione mocht kruipen. Want deze hot hatch bruist van leven.
Even samenvatten: de Abarth 595 Competizione bevindt zich tussen de 165 pk sterke Turismo en de radicalere EsseEsse. Onder de motorkap ligt de 1.4 T-Jet, een 180 pk krachtige vierpitter die vertrouwt op een ouderwetse Garrett-turbo die pas tot leven lijkt te komen vanaf 3.000 toeren per minuut. Die power wordt op de voorwielen losgelaten via een handgeschakelde, zowat perfect gespreide vijfversnelligsbak. Blijf weg van de MTA Dualogic, een sequentiële transmissie die je 1.400 euro kost en die alle rijplezier tenietdoet.
Leuk
De Abarth 595 Competizione is standaard uitgerust met Koni-schokdempers en staat op 17-duimswielen die omgord zijn door Michelin-banden Pilot Sport3 en die gevuld zijn met Brembo-remmen. Ook aanwezig op mijn testwagen: het Record Monza-uitlaatsysteem en een mechanisch sperdifferentieel op de aangedreven voorwielen, een optie van 2.000 euro die je enkel kan combineren met de handgeschakelde versnellingsbak. Deze Abarth kookt met de juiste ingrediënten. Carlo Abarth zou deze 595 Competizione best kunnen smaken hebben, al zou hij deze moderne creatie wellicht een kilo of 200 te zwaar gevonden hebben. Maar dat waren andere tijden, tijden waarin de auto's kleiner waren en waarin veiligheid nog bijkomstig was.
De Scorpion-sportmodus speelt met de turbodruk, waardoor het koppel opgestookt wordt tot 250 Nm. Ook de kalibratie van de stuurbekrachtiging, de uitlaatlijn en de gasrespons wordt aangescherpt, zodat de Abarth 595 Competizione het beste van zichzelf kan geven. En dan gaat het vooruit: de sprint van 0 naar 100 km/u hoeft slechts 6,7 te duren en de topsnelheid bedraagt toch 225 km/u.
De Abarth 595C Competizione is goed gedempt, zelfs op minder dan perfecte ondergronden, en rijdt verrassend efficiënt. Zelfs op nat wegdek biedt hij een rijgedrag dat moeilijk te betwisten valt, uiteraard dankzij het mechanische zelfblokkeringssysteem, dat ook de verdienste heeft dat het heel weinig stuurinput vergt. Een scherpe voorkant, levendige veranderingen van grip, een communicatieve besturing, geruststellende remmen, het zijn allemaal factoren die bijdragen tot een grote glimlach op mijn gezicht. Neen, de tijd van de kleine, maar levendige en plezierige auto is nog niet voorbij.
Het cabriodak van de Abarth 595C Competizione geeft een extra dimensie aan het gul geschonken rijplezier. Het slimme mechanisme garandeert een razendsnelle striptease, de knetterende Record Monza doet de rest.
Jammer
Ik zit te hoog in de verder uitstekende Sabelt-sportkuipjes. Bovendien kan je noch de hoogte van de stoel, noch de diepte van de stuurkolom verstellen. Toch zit je liever voorin, want de achterbank is de naam nauwelijks waardig. En het volume van de koffer is evenmin om over naar huis te schrijven.
De T-Jet lust flink wat benzine. Op de snelweg kan je de gemiddelde dorst milderen tot een 6,5 liter per 100 kilometer, maar reken op een dikke liter meer als je ook door de stad ploeteren moet. Gebruik je het volle potentieel van de Abarth 595 Competizione, dan verbruikt de hitsige Italiaan vlot 11 liter of meer. De brandstoftank is klen, dus de actieradius beperkt.
Goedkoop is deze Abarth 595 Competizione niet: 26.990 euro voor de hardtopvariant en zelfs 29.290 euro voor de C-cabrioversie. Om nog maar te zwijgen van de ontelbare aanpassingsmogelijkheden, die de prijs verder opdrijven.
Dus
De Abarth 595C Competizione heeft me aangenaam verrast. De snelle Fiat verleidde me met zijn veelzijdigheid: zowel met zijn relatieve comfort bij dagelijkse verplaatsingen en zijn handige canvasdakconstructie als met zijn competente chassis en zijn uitbundige turbomotor. Meer moet dat niet zijn, al mocht de aankoopprijs wat milder.
9
