Eerste test / ALPINA B7 Biturbo : Koning van de Autobahn

Naar goede Alpina-gewoonte gaat de nieuwe B7 Biturbo voor discretie. Alleen een kenner herkent zijn tijdloze gesmede velgen met twintig spaken, zijn vier uitlaten en zijn minimalistische achterspoiler. Binnenin is hij nauwelijks te onderscheiden van een klassieke BMW 7-Reeks, tenzij dan door de blauwe en groene stiknaden op het stuur, het traditionele individuele productieplaatje en de licht gewijzigde digitale instrumenten.

Veel maakt dat echter niet uit, want gezien de al uitmuntende basis valt de B7 Biturbo helemaal niets verwijten, temeer omdat de onderhuidse aanpassingen allesbehalve subtiel zijn. Laten we beginnen bij zijn 4.4 V8-biturbomotor, die hij leent van de huidige BMW 750Li. Die werd bedacht met Mahle-zuigers en NGK-bougies, een ingrijpend herwerkte luchtinlaat, een maximale turbodruk van 1,4 bar en een versterkte koeling. Dat volstaat om het vermogen spectaculair op te drijven, van 450 tot 608 pk, en hem een vrachtwagenkoppel van 800 Nm te geven, waarvan 670 Nm al ter beschikking staat vanaf 2.000 o/m.

In combinatie met de vierwielaandrijving, die een onberispelijke trekkracht verzekert, resulteert dat arsenaal in prestaties die een Porsche 911 Carrera naar adem doen snakken. De sprint van 0 naar 100 km/h wordt afgehaspeld in 3,7 seconden, terwijl de snelheidsmeter al na 12,5 seconden 200 km/h aanwijst. Geen sinecure gezien het gewicht dat hij moet verplaatsen – 2.110 kilogram om precies te zijn. Toch gaat de teller zonder verpinken voort tot 330 km/h zonder dat je ooit de indruk hebt zo snel te rijden. Je moet al van goeden huize zijn om de B7 Biturbo bij te houden op de Duitse snelweg.