Eerste test / DS 3 : Nestverlater

In 2010 stortte Citroën zich met de DS3 op het segment van de sterk personaliseerbare stadsauto’s. Met meer dan 390.000 verkochte exemplaren moeten we vaststellen dat die strategie zijn vruchten heeft afgeworpen. Zozeer zelfs dat DS zich onlangs heeft afgescheiden van Citroën en nu binnen de PSA-groep een afzonderlijk merk vormt dat een premiumstatus claimt. 

Na de 5 en 4 is de 3 de derde (en laatste) ex-Citroën die alle verwijzingen naar het moedermerk bant. De visgraten maken daarbij plaats voor het DS-logo op het zeshoekige radiatorrooster. De koplampen doen net als de mistlichten een beroep op ledtechnologie. Net als voordien is ook een zogenoemde Cabrio-versie beschikbaar, met een stoffen vouwdak dat helemaal naar achteren kan klappen. Jammer genoeg kampt dat model nog altijd met een slechte demping van omgevingsgeluiden, evenals met een verminderd zicht naar achteren met de kap open.

Binnen in deze nieuwe DS 3 ging de afwerking van het dashboard erop vooruit, door meer gebruik te maken van schuimplastics. Tegelijkertijd deed een nieuw infotainmentsysteem zijn intrede. Dat laatste omvat de interface die gemeenschappelijk is voor de hele PSA-groep, met een aanraakscherm van 7 duim dat kan worden gekoppeld aan een achteruitrijcamera. Het systeem omvat ook de functie Mirror Screen, met ofwel Apple CarPlay ofwel MirrorLink voor Android-toestellen. En net als heel het DS-gamma heeft de 3 voortaan ook recht op de DS Box, die een automatische noodoproep en lokalisatiebijstand omvat. Naast nieuwe kleurtjes en nieuwe velgen pakt de kleinste DS ten slotte ook uit met een automatische noodremfunctie voor in de stad, onder de noemer Active City Brake.