De roots van de Renault Latitude vinden we in Korea, waar dit model al bestaat als Samsung SM5. Vooral de neus werd in vergelijking met de SM5 aangepast om beter aan te sluiten bij de look die we vandaag van een Renault gewend zijn. Renault monteert wel xenonlampen, maar ledtechnologie blijft achterwege. Renault legde duidelijk de klemtoon op het interieur en dan vooral op het rijcomfort dat de inzittenden ervaren tijdens lange ritten. Op een slecht wegdek was de wagen niet vrij van piepjes en kraakjes.
Hoewel de Samsung-donor op zijn thuismarkt slechts met benzinemotoren wordt verkocht, levert Renault enkel diesels, die steeds met een roetfilter zijn uitgerust. De topmotor is de nieuwe drieliter-V6-diesel, die 240 pk en 450 Nm ontwikkelt. Deze zescilinder zet keurige prestaties neer, maar blijkt niet de stilste van de klas. Het rijgedrag is wat je van een wereldauto mag verwachten: de vering reageert uitermate soepel en verteert putten en drempels alsof ze nauwelijks bestaan. Kortom, het onderstel voelt wat 'old school' aan, maar onvoorspelbaar of onveilig wordt het allemaal nooit. Renault voorziet bovendien in een stabiliteitscontrole die de bestuurder vrij snel tot de orde roept. De sterke stuurbekrachtiging vertaalt zich in een vederlicht stuurgevoel dat de bestuurder nauwelijks informeert.
Met een prijskaartje van 37.500 euro voor de volledig uitgeruste versie van de instapmotor is de Latitude niet echt goedkoop. Bij Skoda bijvoorbeeld is de Superb Elegance (2.0 TDI 140) ruim 5.000 euro minder duur. Enkel in vergelijking met de Hyundai Azera zit de Latitude goed, want voor die Koreaan betaal je (in toptrim) haast 40.000 euro. Het grootste probleem voor de Latitude lijkt ons echter dat je bij Renault voor 2.200 euro minder ook een beter rijdende, beter afgewerkte en gelijkwaardig uitgeruste Laguna met dezelfde motor koopt.
In dit artikel : Renault, Renault Latitude