Eerste test / Suzuki Swift : Europeser dan ooit

De Swift is een klassieker in het Suzuki-gamma. De compacte stadswagen werd in 1986 gelanceerd, verdween even uit de catalogus in 2000, om vanaf 2004 een geslaagde comeback te maken. Van die ‘moderne’ Swift krijgen we nu de derde generatie, die zich nog meer op de Europese markt richt. Het design heeft sterkere Europese invloeden en er worden nu ook specifieke versies voor de Aziatische en Europese markt aangeboden, met eigen specificaties wat de uitrusting en de chassisafstelling betreft. Daarmee moet de Swift opnieuw de bestseller van Suzuki worden (een eer die nu de Vitara te beurt valt, terwijl ook de cross-overs S-Cross en Ignis sterk scoren): in 2018 hoopt de Belgische invoerder maar liefst 3.000 Swifts te slijten. 

Een compacte stadswagen positioneren in het felbevochten B-segment is geen eenvoudige klus. Zowat iedereen is uiteindelijk potentiële klant, van jonge singles tot gepensioneerden, waarbij dit soort auto’s zowel de eerste als de tweede auto van het gezin kan zijn. Suzuki mikt met de nieuwe Swift naar eigen zeggen in de eerste plaats op jonge vrouwen... al is dat niet meteen te merken aan het concept van de wagen. Het design is keurig, maar toch vinden we dat de vorige generaties meer karakter en eigenheid hadden, met sterker geaccentueerde lichtblokken en flanken die het model heel herkenbaar maakten. Bovendien ontbreekt er nog altijd een duidelijke huisstijl die meteen aangeeft dat dit een Suzuki is. 

Onderhuids maakt de nieuwe Swift gebruik van het Heartect-platform, dat ook al dienstdoet voor de Ignis en de Baleno en uitblinkt door zijn lage gewicht en grote stijfheid. In combinatie met iets compactere buitenafmetingen (10 millimeter in
de lengte en 15 in de hoogte) slankte de Suzuki zo 120 kilogram af, tot een rijklaar gewicht van 840 kilogram. Daarmee behoort de nieuwe Swift tot de pluimgewichten in zijn klasse, ondanks het feit dat het nu altijd om een vijfdeurs gaat, want de driedeursversie werd uit het aanbod geschrapt. Toch biedt de Swift beduidend meer interieurruimte dan vroeger, dankzij een grotere wielbasis en een vernuftige packaging, die vooral de achterste passagiers en de bagageruimte ten goede komt. En daarnaast heeft het lagere gewicht uiteraard ook een positieve invloed op het verbruik en de prestaties.