Eerste test / Kia Stinger: onorthodox

Toen Kia zes jaar geleden vriend en vijand verbaasde met de GT Concept  achtten velen dit een vrijblijvende stijloefening die geen rechtstreekse gevolgen zou/kon hebben voor de doordeweekse producten die Kia op dat ogenblik op de markt placht te brengen. Maar begin 2014 toonde Kia in Detroit de GT4 Stinger, een ontwerp van de Californische designstudio van het merk. Het was echter de Europese designstudio in Frankfurt die de opdracht kreeg de productieversie te ontwikkelen en die zag het licht begin dit jaar, eveneens in de Amerikaanse autohoofdstad.

Het Concept

Bij Kia noemen ze hun nieuweling een echte GT, voor Gran Turismo, en het gaat hier dan ook om een gestrekte, grote vierdeurs berline (4,83 m lang en 1,87 m breed), met een aparte kofferruimte van 406 liter ( niet al te groot, maar er is wel doorlaadmogelijkheid),  die op een chassis met een genereuze wielbasis rust (2,9 m) om de 4 tot maximaal 5 inzittenden voldoende ruimte en comfort te kunnen bieden. Daarmee veranderen ze bij Kia het geweer gedeeltelijk van schouder, aangezien deze meer avontuurlijk ingestelde autobouwer binnen de Hyundai-groep tot nog toe enkel voorwielaangedreven (of soms vierwielaangedreven) auto’s in het aanbod had.

Wat is nieuw

Zoals het een berline past die qua grootte, uitstraling en rijdynamiek wil concurreren met de Europese crème, genre BMW 4 Gran Coupé bijvoorbeeld, opteerden de ingenieurs in Korea wat dit product betreft voor achterwielaandrijving als basislay-out, desgewenst uit te breiden naar vierwielaandrijving. Uiteindelijk zullen onder de lange, lage motorkap drie krachtbronnen terug te vinden zijn: de kleinste benzinemotor is de tweeliter viercilinder “Theta” met turbolading, goed voor 255 pk en 353 Nm koppel. Top of the bill aan benzinezijde is de 3,3 liter “Lambda II” V6 met dubbele turbolading en een vermogen van 370 pk en 510 Nm koppel, een krachtbron die deze grote berline in dik 5 seconden naar 100 per uur jaagt en een top van… 270 km/h ambieert.

Maar voor Europa moet Kia in deze klasse natuurlijk ook een diesel voorzien en dat werd de al gekende 2.2 turbodiesel van 200 pk en 440 Nm koppel. Alle motoren zitten gekoppeld aan een binnenshuis nieuw ontwikkelde achttraps automaat waarvoor 5 verschillende schakelpatronen kunnen gekozen worden. Er kan ook manueel geschakeld worden via stuurpaddels. Standaard is de auto achterwielaangedreven (met optioneel een mechanisch sperdifferentieel), je kan ook kiezen voor vierwielaandrijving waarbij de nadruk blijft liggen op achterwielaandrijving en het systeem voorzien is van Torque Vectoring Control.

De ophanging bestaat uit McPherson veerpoten vooraan en een meervoudig geleide as achteraan, de demping is op de krachtiger modellen elektronisch gestuurd (Dynamic Stability Damping Control) en verstelbaar in vijf rijmodi. Sturen gebeurt via een tandheugel met variabele, elektrische bekrachtiging, geremd wordt er via geventileerde schijven, waarbij het topmodel voorzien is van grotere schijven met Brembo-klauwen  en vier zuigers voor en twee achter.

Deze Stinger zal uiteraard kunnen uitgerust worden met de meest recente rijhulpsystemen, maar ook binnenin wordt de veeleisende chauffeur desgewenst verwend met een head-up display, een high end geluidssysteem van Harman-Kardon, gesofsticeerde connectiviteit, enzovoort. Ook een automatische kofferopening behoort tot de mogelijkheden.

Hoe rijdt hij?

Voor een eerste kennismaking had Kia ons uitgenodigd op de legendarische Nürburgring (Nordschleife) omdat daar heel wat van de doorgedreven chassisontwikkeling heeft plaatsgevonden. We konden er achtereenvolgens rijden met een achterwiel- en een vierwielaangedreven variant van de topversie en moeten toegeven dat we aangenaam verrast waren. Alleszins voorin biedt het interieur voldoende ruimte en uitstekend zittende stoelen om van een degelijk comfort te kunnen genieten, te meer daar de gestuurde demping niet voor een al te harde ophanging zorgt (dit is een GT en geen sportwagen, remember).

Omdat het zeer moeilijk is om de 22 km lange Ring voldoende snel onder de knie te krijgen terwijl je ook nog eens met een onbekende auto kennismaakt, reden we achter een pace-car bestuurd door onze landgenoot Dirk Schoysman, notoir kenner van de Nürburgring en al decennia actief  met testen op de Ring voor verscheidene constructeurs, van Aston Martin tot Hankook.

De achterwielaangedreven variant verraste ons met zijn speelse weggedrag dat duidelijk de nadruk legde op wat de achterwielen doen zonder dat de neus daarbij overmatig licht wordt. Een fijn compromis tussen lichtvoetigheid en koersstabiliteit. De vierwielaangedreven versie voelt wat logger aan, zwaarder op de neus, maar onderscheidt zich door een hoge mate aan stabiliteit en vergevingsgezindheid. De V6-krachtbron toonde zich ijverig en vinnig, maar lijkt ons niet bovenmatig krachtig, de versnellingsbak reageert alert. Natuurlijk moeten we deze indrukken nog uitdiepen wanneer we voor de eerste maal op de gewone weg zullen kunnen rijden in het najaar, de kennismaking was alvast veelbelovend.

Wat kost hij

Pas eind dit jaar komt de Stinger bij ons op de markt en prijzen zijn nog niet beschikbaar. In elk geval is het zo dat de drie motorisaties bij ons verkrijgbaar zullen zijn, in tegenstelling bijvoorbeeld tot onze noorderburen waar nog niks zeker is.

Met zijn ambitieuze reiswagen zal Kia tegen het kruim van de Europese auto-industrie moeten opboksen en we verwachten dan ook dat het prijskaartje hierin een rol zal spelen, dat mag niet te laag maar zeker ook niet te hoog zijn, Kia als producent van hoogstaande limousines met GT-allures heeft nog alles te bewijzen. Wij gokken op 60.000 euro voor een topmodel, bijna all-in, maar dat zullen we in het najaar te weten komen. Bescheidener motorisaties kunnen daar een pak onder liggen.

De concurrenten

Vanzelfsprekend richt Kia zich met deze slanke berline met GT-allures en –ambities op producten van de grote drie, genre Audi A5/A7, BMW 6 GT, Mercedes E of CLS, maar ook merken als Infiniti, Lexus, Maserati en dergelijke liggen in het vizier. Geen gemakkelijke opgave, er zijn al een heel aantal van de zogenaamde generalisten met hun neus tegen de muur gelopen toen ze het hogerop gingen zoeken. Het prestige dat zo’n GT als de Stinger nodig heeft om aan te spreken moet door Kia nog helemaal opgebouwd worden.

Ons verdict

De Kia Stinger komt eind dit jaar bij ons op de markt en zal hier beschikbaar zijn met alle motorisaties. Hoe veel hij gaat kosten, staat nog niet vast, maar naargelang van de versie en de uitrusting kan de prijs zeker oplopen tot 60.000 euro. Tot nog toe ongehoord voor een Kia, maar als de auto onze eerste indrukken bevestigt zou hij het wel eens waard kunnen zijn en wordt dit inderdaad ook dynamisch een echte concurrent voor de Europese prestigeconstructeurs. Belangrijk voor de Koreanen is daarbij dat ze de harten kunnen winnen van in dit segment zeker verwende klanten. Maar als het bij ons lukt, ligt de weg wereldwijd open.