Detailtests / Audi A3 1.9 TDI Cabriolet

Audi heeft een ongeëvenaarde ervaring opgebouwd inzake vierzitscabrio's. De constructeur uit Ingolstadt legde daarbij de lat op het vlak van kwaliteit en structurele stijfheid het hoogst. Gesterkt door zijn goed gevoerde kappen en zijn stijve open koetswerken was Audi ook de eerste autobouwer om een dieselmotor aan te bieden in een cabrio (in 1996). Iedereen heeft intussen dat voorbeeld gevolgd. Audi heeft de stoffen kap altijd met een zeldzame volharding verdedigd. De redenen voor die voorkeur liggen voor de hand: aandacht voor esthetiek en voor lichtheid. Een moderne kap die strak over haar frame gespannen zit, oogt gesloten nog altijd eleganter dan de drie - of soms zelfs twee - elementen van een stalen wegklapdak. Dat laatste heeft nog maar één troef: dat het beter bestand is tegen de tand des tijds en tegen vlekken. De andere argumenten houden niet lang stand. Qua ingenomen ruimte, geluiddemping en thermische isolatie doet de softtop het beter dan een stalen wegklapdak of minstens even goed. De A3 Cabrio levert daarvan nogmaals het bewijs: door de Z-vormige beweging die de kap maakt, plooit ze compact samen en komt ze terecht boven op een weliswaar grote, maar erg ondiepe hoedenplank, die dus weinig volume inneemt. Slechts één ding is jammer: met de kap open blijft een deel van het mechanisme zichtbaar. Nog uit esthetische overwegingen hadden de veiligheidsbeugels wegklapbaar mogen zijn. Audi heeft daarentegen wel gekozen voor de mogelijkheid om het koffervolume uit te breiden: de A3 is de eerste cabrio waarvan de achterbank een neerklapbare rugleuning heeft.