Detailtests / Ford EcoSport 1.0 EcoBoost 125 A : Welkome upgrade

Het probleem van de EcoSport is dat hij niet voor Europa werd ontworpen, in tegenstelling tot zijn grotere broer, de Kuga. De EcoSport zag vijftien jaar geleden het levenslicht in Brazilië en was door het Amerikaanse departement Ford Trucks ontwikkeld voor de groeimarkten. Deze eerste generatie van de EcoSport, die op het platform stond van de Europese Fiesta (Mk V) en Fusion, maar bij ons niet werd ingevoerd, was overigens 20 centimeter langer dan het huidige model, dat in 2014 de fakkel overnam. Bij die generatiewissel werd de Zuid-Amerikaanse EcoSport een globaal model, dat ook werd geproduceerd in China, India, Rusland en Thailand. 

Maar daarmee was deze EcoSport natuurlijk nog geen Europees product... In de vier jaar dat het model in Europa op de markt is, werden er hier 166.000 exemplaren van verkocht. In absolute termen lijkt dat een degelijk resultaat voor een uit India geïmporteerd voertuig dat – ten onrechte – wordt beschouwd als een lowcostproduct en oorspronkelijk maar in één enkele – en dure – uitvoering werd aangeboden. Maar anderzijds is dat cijfer ver verwijderd van de tot tien keer grotere volumes die de bestsellers in het segment draaien, met – in afnemende volgorde van belangrijkheid – de Renault Captur, de Peugeot 2008, de Nissan Juke en de Opel Mokka X. En dan hebben we het nog niet eens gehad over de Dacia Duster, die weliswaar iets groter is, maar als budgetmodel toch minder duur is dan de genoemde modellen. 

Bij zijn Europese debuut had de EcoSport te kampen met een goedkoop interieur en beperkte infotainmentmogelijkheden, om nog maar te zwijgen van zijn wat gedateerde look van een kleine offroader met zijn reservewiel op de rug. In 2015 werd zijn ophanging onder handen genomen om zijn weggedrag nog wat dichter in de buurt van dat van de Fiesta te brengen. Tegelijk introduceerde Ford ook de mogelijkheid om
de EcoSport te bestellen zonder dat prehistorische reservewiel op de rug. Maar ook die update wist de verkoop niet echt een boost te geven.

Het was dan ook wachten tot de productiestop van de B-Max, de kleine eenvolumer die in Roemenië werd gebouwd, om de assemblagelijnen in Craiova vrij te maken voor een ingrijpend herziene EcoSport. De één zijn dood is de ander zijn brood: Ford grijpt het verdwijnen van zijn kleine monovolume aan om zijn kleine SUV een boost te geven – wat uiteindelijk niet meer dan logisch is, aangezien die eerste categorie duidelijk zijn beste tijd heeft gehad, terwijl de tweede maar blijft boomen.

Om te kunnen profiteren van de constructietechnieken van de B-Max doet de koetswerkstructuur van de SUV een beroep op boriumstaal, dat niet alleen lichter, maar ook vier keer stijver is dan klassiek staal. In ieder geval werd de naakte koetswerkstructuur lichter en steviger. Met gelijke aandrijving zou de EcoSport 70 kilogram minder wegen dan zijn voorganger (inclusief het gewicht van het reservewiel, dat niet langer meegeleverd wordt in de standaardversie). Uiterlijk verandert er weinig, tenzij dan wat de neus betreft (hertekende koplampen, richtingaanwijzers en mistlichten). Maar je moet er al haast een oud model naast zetten om de verschillen in de bumpers op te merken. Desondanks maakt de nieuwe EcoSport gebruik van zo’n 2.360 nieuwe onderdelen.