Detailtests / Renault Espace 1.6 dCi 130

Exact 31 jaar geleden, enkele maanden nadat Chrysler het concept van de minivan introduceerde, vond ook Renault de eenvolumer uit. De Fransman, die gebouwd werd in Romorantin, ten zuiden van Orléans, was echter van bij het begin innoverender dan de Amerikaan. Dankzij de knowhow van Matra werd hij opgetrokken van composietmaterialen én hij was de eerste zevenzitter die echt gestroomlijnd was. De eerste drie generaties van de Espace (de eerste van 1984 tot 1991, de tweede van 1991 tot 1997 en de derde van 1996 tot 2002) zouden een revolutie teweegbrengen in het personenvervoer voor particulieren. Het model was de eerste ‘minibus’ die het comfort, het weggedrag én de prestaties van een reisberline kon evenaren. Bernard Hanon, destijds CEO van Renault, zou erover gezegd hebben: “Dit is de auto waar je spontaan bij uitkomt als je alle automobiele ijdelheid loslaat.”

De Matra-fabriek van Romorantin zou nog het koetswerk van de Avantime bouwen, de atypische eenvolumer-coupé die van de Espace III was afgeleid en waarvan 8.557 exemplaren werden gebouwd van 2001 tot 2003. Dat model zou echter de zwanenzang inluiden voor Matra en zijn composietconstructie. De Espace IV (2002 tot 2014) werd bij Renault zelf geassembleerd, maar was gewoon van staal en dus zwaarder. Deze generatie is er echter in geslaagd om nog twaalf jaar lang het pioniersaura van het model hoog te houden, weliswaar met drie updates (‘Phase’ 1 tot 4).