- Score redactie 15.00 /20
De jaren negentig van de vorige eeuw waren voor de Daimler-groep vrij speciaal te noemen. Niet alleen bracht Mercedes in eigen rangen een A-Klasse uit die door de gemiddelde merkliefhebber op gemengde gevoelens werd onthaald – en dan drukken we ons nog zacht uit – maar bijna tegelijkertijd ging de Duitse groep in zee met de grote baas van de Zwitserse horlogefabrikant Swatch. De bedoeling was om een zogenoemde microcar op de markt brengen die het verkeer in onze steeds grotere steden radicaal moest veranderen.
Swatch-baas Nicolas Hayek haakte echter al vrij snel af na de lancering van de Smart (in 1998), zodat Mercedes er alleen voor kwam te staan om van de lilliputter een succesverhaal te maken. Dat ging niet zonder slag of stoot en we kunnen gerust stellen dat de Stuttgarters aan het hele Smart-project nog niet al te veel geld verdiend hebben, integendeel zelfs. Aan de andere kant kan de Daimler-groep dankzij deze miniautootjes haar algemene CO2-uitstoot wel binnen de perken houden en dus torenhoge boetes van de Europese gemeenschap ontlopen.
Dat verklaart mee waarom er nu dus toch een derde generatie van de Smart in de showrooms staat, en die moet het voor Daimler helemaal maken. De constructeur besliste daarbij een van de zwaarste basishandicaps van de Fortwo te bezweren: wie twee zitplaatsen te weinig vindt, kan voortaan gewoon voor de Forfour opteren, een 80 centimeter langere vijfdeursversie met vier zitplaatsen (zie de Complementaire Wegtest verderop in dit nummer).
- Wendbaarheid
- Verhouding buitenmaten-binnenruimte
- Instap en toegang tot koff er
- Veel comfortabeler dan voorganger
- Zeer soepele krachtbron
- Looks en aankleding
- Koersstabiliteit buiten de stad
- Overdreven onderstuurneiging
- Hoge prijs
- Uitrustingslacunes
- Weinig uitzonderlijk verbruik
- Ridicule eco-driving-indicator
In dit artikel : Smart, Smart Fortwo