Eerste test / Ford Ranger Raptor : Grote boze look

Het Concept

Neen, dit is niet zo’n vette Amerikaanse F-150. Het is onze ‘kleine’ Ranger, die een amfetaminekuur heeft gevolgd om wat meer op zijn neef van de andere kant van de Oceaan te lijken. Deze Raptor-versie zit helemaal bovenaan het Ranger-gamma, dat verder nog steeds bestaat uit de klassieke gekende varianten met verlengde of dubbele cabine. Deze Raptor onderscheidt zich in de eerste plaats van zijn broers door zijn radiatorrooster, dat is afgeleid van dat van de Amerikaanse F-150 en waar een gigantisch Ford-logo op prijkt. Zijn sporen zijn bovendien met 15 centimeter verbreed en er zijn vleugelverbreders in composietmateriaal. Ook de voor- en achterbumper zijn hertekend, waardoor het gevaarte 4,4 centimeter langer is dan de andere Rangers. De ophanging van haar kant is met een dikke 5 centimeter verhoogd. Dat is zo’n beetje alles wat met het blote oog kan worden opgemerkt. Laat ons ook eens een blik werpen op wat er onder het koetswerk schuilt.

Wat er verandert

De door het departement Ford Performance herwerkte pick-up rust uiteraard nog steeds op een gescheiden chassis, dat voor de gelegenheid op verschillende punten is verstevigd, vooral met behulp van hogeweerstandsstaal. De ingenieurs hebben ook werk gemaakt van de wieltreinen. De ophanging is verder met 5,1 centimeter verhoogd, waardoor de bodemvrijheid oploopt tot liefst 28,3 centimeter. Als de Raptor desondanks toch nog de bodem zou raken, dan kan hij rekenen op een versterkte bumper: de stalen beschermplaat is 2,3 centimeter dik, tegenover 1,5 in de andere Rangers. De Raptor kan verder zijn neus in 85 centimeter diep water dippen zonder te verdrinken.

Ook in de neus valt nieuws te rapen: in deze Raptor-versie duikt een nieuwe 2.0-dieselmotor op die is geleend bij de bestelwagen Transit en die hier door twee turbo’s wordt opgekoterd tot 213 pk en 500 Nm aan koppel. Deze motor, die de oude 2.2-diesel vervangt, is ook verkrijgbaar in de rest van het Ranger-gamma, waar hij ook met een enkele turbo verkrijgbaar is en 170 pk ontwikkelt. Maar ook de bestaande 3,2 liter grote vijfcilinder van 200 pk blijft vandaag nog bestaan in de klassieke Rangers. Om zijn vermogen aan de wielen door te geven is de 2.0-dieselmotor standaard gekoppeld aan een automaat met… 10 versnellingen. Diezelfde bak kennen we al van in de Amerikaanse pick-up F-150 en de Mustang. Tijd om de weg op te gaan…

Hoe hij rijdt

Om deze Raptor in het echt te leren kennen trokken we naar Marokko, naar de streek rond Essaouira. Het parcours begint op geasfalteerde wegen. Bij het starten blijkt de motor relatief discreet: geen agrarisch gegrom zoals in sommige andere pick-ups. De tientrapsautomaat legt zijn versnellingen op een zachte en oordeelkundige manier in en kan er soms een overslaan om het proces vloeiender te laten verlopen. De spreiding blijft vrij kort zodat het verbruik niet uitzonderlijk wordt verlaagd op grote verkeersassen. De prestaties zijn zeer correct, zelfs al wordt deze Raptor op dat vlak overklast door de Mercedes X 350d (258 pk en 550 Nm) en de VW Amarok 3.0 V6 TDI (204 pk of 258 pk, 500 tot 580 Nm), waarbij die laatste volgens de constructeurscijfers liefst 3 seconden sneller naar de 100 km/u sprint.

Maar de echte kracht van de Raptor zit elders: zijn getunede onderstel geeft hem een uitstekende balans op de openbare weg. Voor een pick-up zijn de precisie van het weggedrag en het comfort verbazingwekkend. Natuurlijk is hij nog niet zo zacht als de beste SUV’s en voel je de starre achteras nog steeds tikken uitdelen, maar deze Raptor biedt een veel betere wegligging dan zijn rechtstreekse rivalen. En daar willen we nog aan toevoegen dat rolgeluiden extreem goed worden onderdrukt ondanks de dikke noppenbanden.

Het comfort van de schroefveren achteraan valt nog meer op in het terrein. Dat konden we vaststellen op een veeleisend parcours over Marokkaanse pistes bezaaid met dikke keien. In die omgeving weet je ook de genereuze bodemvrijheid van de auto naar waarde te schatten. Ondanks zijn dikke banden deinst de Raptor ook niet terug voor zand: in de duinen speelt hij haasje-over. In die omgeving was nog meer vermogen welkom geweest, maar dit zijn dan ook extreme omstandigheden.

Dat de Raptor zich goed uit de slag weet te trekken op de meeste soorten ondergrond is ook te danken aan de echte offroad-vierwielaandrijving, met zijn inschakelbare achterbrug (die de koppelverdeling tussen de twee assen dus op een natuurlijke manier blokkeert), zijn reductiebak (verhouding 2,72:1) en zijn sperbare achterdifferentieel. Die sperwerking is trouwens actief (tot ongeveer 30 km/u), en dat zowel in achterwielaandrijving als in 4x4 en met de lange of de korte eindoverbrenging. Met een beetje techniek en inschattingsvermogen kan je deze pick-up op die manier uit de meeste benarde situaties redden en vormt de grootste beperking op het offroadrijden uiteindelijk het forse formaat van dit gevaarte.

Budget

Ford geeft ook een stevige tik op de prijs, want de Raptor is… 12.100 euro (inclusief btw) duurder dan een Ranger Wild Trak met dezelfde motor. Dat is de prijs die je moet betalen voor een pick-up die uniek is, zowel door zijn look als door zijn techniek. Aan de klant om te beslissen of het sop de kool waard is. Wij moeten in elk geval toegeven dat de Raptor ons stevig in zijn klauwen heeft gegrepen…

Ons verdict

Dit ‘groot bakkes’ is meer dan enkel uiterlijk vertoon. Hij is ook op technisch vlak getuned: de verhoogde ophanging met schroefveren en Fox-schokdempers op de vier hoeken transformeren het rijgedrag van deze pick-up, zowel op de weg als ernaast. De klassieke tikken van de achteras worden daardoor uitgegomd. Maar de schroeven zijn minder stevig dan de bladveren en de Raptor verliest dus aan nuttig laadvermogen (620 kilo tegenover ongeveer een ton) en aan sleepvermogen (2,5 ton in plaats van 3,5 ton voor zijn broers).