In 1989 stelde Honda de eerste NSX voor (van New Sports eXperimental). Het was een supercar die anders was dan de rest door zijn aparte technische keuzes – zoals een structuur van aluminium, een V6 met variabele distributie en een ophanging met dubbele driehoeken van aluminium. De NSX werd ontworpen als een echt technologisch uitstalraam waarvan de Japanse constructeur bovendien aankondigde dat hij makkelijker te besturen zou zijn dan de Ferrari’s en Porsches van die tijd. Als kers op de taart had Honda voor de ontwikkeling en de afstelling een beroep gedaan op de expertise van de Braziliaanse F1-coureur Ayrton Senna.
De NSX kreeg vooral erkenning in de Verenigde Staten en in Japan, maar minder in Europa, waar Honda de vergelijking moeilijk doorstond met de prestigemerken. Hij werd gebouwd tot in 2005 en had tot dusver nog geen opvolging gekregen, al was tegen 2007 wel een project opgestart met een V10-motor, dat echter werd afgebroken. Pas in 2011 besliste Honda eindelijk om opnieuw in de race te stappen. Waarbij de Japanners ervoor kozen om de zaken nog altijd op hun eigen manier aan te pakken. Want de nieuwe NSX (wat deze keer staat voor New Sports eXperience) doet alweer niets zoals een andere, met zijn hybride aandrijfgeheel dat bestaat uit een drukgevoede V6 en maar liefst drie elektromotoren, waarvan de twee vooraan (één per wiel) een vectoriële koppelverdeling mogelijk maken om de levendigheid te vergroten. Op papier is Honda dus al geslaagd in zijn opzet.
BLIJF OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE AUTONIEUWS!
Nieuwe modellen, tests, advies, exclusieve evenementen! Het is gratis!