Industrie en economie / Europa moet zelfvoorzienend worden qua batterijen tegen 2025

De EU heeft zichzelf als doel gesteld om koolstofneutraal te zijn tegen 2050 en wil daarvoor ook de lokale productie stimuleren van essentiële apparatuur voor de ontwikkeling van groene industrieën. Een van die sectoren is natuurlijk de batterijen voor de auto-industrie. De EU schat in op dat vlak onafhankelijk te kunnen zijn tegen 2025, zoals Maros Sefcovic heeft verklaard op de Virtual European Conference on Batteries: "Ik ben overtuigd dat de EU tegen 2025 in staat zal zijn om genoeg batterijen te produceren om aan de noden van de Europese auto-industrie te voldoen en zelfs om onze exportcapaciteit te versterken."

Een grote uitdaging, gezien het feit dat China momenteel 80% van de lithium-ionproductie in handen heeft. Europa heeft zich als doel gesteld om zelf 6 miljoen batterijen te produceren tegen 2025. Die productie zal steunen op een bestaande basis van ongeveer 15 fabrieken, met als belangrijkste vestigingen Northvolt in Zweden en Duitsland, de Duitse batterijfabriek van het Chinese CATL en de tweede fabriek van het Koreaanse SK Innovation in Hongarije. Een nog onvoldoende productiecapaciteit, maar een die steun zal krijgen van de Europese instanties die rekenen op 13 miljoen voertuigen 'met batterijen' in omloop over 5 jaar. Dat zouden er eind dit jaar al 1 miljoen moeten zijn.

Publiek-privaat partnerschap

We moeten aanzienlijke investeringen doen om een alomvattende Europese toeleveringsketen en arbeidsmarkt te creëren ter ondersteuning van de batterijfabrieken", zegt Jesper Wigardt, vicemanager communicatie bij Northvolt.

Een mening die wordt gedeeld door de EU, die 750 miljard euro gaat investeren in haar post-coronaherstelplan. Een financieel platform ter ondersteuning van veelbelovende projecten, waaronder de productie van deze haast heilige batterijen. Ze worden bekritiseerd voor hun 'verborgen' vervuiling, maar Brussel voorziet een wettelijk kader over de CO2-voetafdruk van deze batterijen. Daarnaast zullen de publieke instanties de krachten moeten bundelen met private batterijen om de nationale voorziening van grondstoffen te stimuleren die noodzakelijk zijn voor de fabricage van batterijen. Dit initiatief volgt op een soortgelijk Europees programma voor batterijprojecten dat in 2017 werd gelanceerd. Deze verschillende initiatieven moeten de milieu-impact van het transport van batterijen uit China minimaliseren en het gebrek aan controle over de koolstofafdruk in de Chinese fabrieken tegengaan.

Het valt echter nog te hopen dat de EU ook de wetenschappelijke projecten zal steunen - meestal voortkomend uit universitair onderzoek - die alternatieven zoeken voor de huidige batterijen, die veel zeldzame metalen nodig hebben en ook schadelijk zijn in humanitair en ecologisch opzicht bij hun ontginning. Tenslotte zal het nodig zijn om de opkomst van Europese producenten te stimuleren om niet onder het juk van Aziatische of Amerikaanse fabrikanten te blijven en om een sterke Europese industrie te hebben qua marktaandeel en exportcapaciteit die ook een competitief alternatief kan bieden, een noodzakelijke voorwaarde voor ecologische en sociale duurzaamheid.