De Stellantis-grep heeft besloten om zijn kleine bestelwagens op de meeste Europese markten alleen nog in elektrische versies te verkopen - hoewel op sommige markten varianten met verbrandingsmotor weer besteld kunnen worden - als onderdeel van zijn elektrificatiestrategie en om de CO2-boetes van de Europese Unie te vermijden. Voortaan worden de Citroën ë-Berlingo, Fiat E-Doblò, Opel/Vauxhall Combo Electric en Peugeot e-Partner in het Verenigd Koninkrijk geassembleerd in de fabriek in Ellesmere Port, die volledig is aangepast voor de productie van uitsluitend elektrische voertuigen.
In eerste instantie zullen Opel/Vauxhall Combo Electrics in Ellesmere worden geproduceerd, voordat andere varianten van de verschillende Stellantis-merken worden toegevoegd. Naast de bedrijfsmodellen zal de productie van de personenwagenvarianten van de verschillende bestelwagens - Citroën ë-Berlingo, Opel/Vauxhall Combo Life Electric, Peugeot e-Rifter - in 2024 van start gaan.
100 miljoen Britse pond
Stellantis heeft 100 miljoen pond (ongeveer 116 miljoen euro) geïnvesteerd om de vestiging in Ellesmere om te vormen tot een volledige EV-fabriek, als onderdeel van het plan "Dare Forward 2030" om de CO2-voetafdruk van de groep te halveren tegen 2030.
De bouw van de fabriek in Ellesmere begon in 1962 en de productie van de Vauxhall Viva startte in 1964. Daarna volgden de Vauxhall Chevette en de verschillende generaties Vauxhall Astra (Opel Kadett en Astra voor ons). Sinds 1985 zijn er meer dan 4 miljoen exemplaren van de band gerold.
BLIJF OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE AUTONIEUWS!
Nieuwe modellen, tests, advies, exclusieve evenementen! Het is gratis!
Nieuws
