Lifestyle / De garage – Jensen 541

Wie Jensen zegt, denkt allicht eerst aan de Interceptor. En dan niet zozeer aan de eerste generatie van dat model uit 1950, met zijn bolle rondingen en aangepast Austin-chassis, maar wel aan de technisch vooruitstrevende Interceptor uit 1966.

“Deze 541 uit 1954 was nog niet zo geavanceerd,” weet eigenaar Dirk Roch, “maar het was wel een van de eerste personenwagens met vier schijfremmen en een polyester carrosserie, net als de Chevrolet Corvette.”

Liefde op het eerste gezicht

Dirk werd er stante pede verliefd op toen hij toevallig een exemplaar kruiste op de klassiekerbeurs Techno-Classica in het Duitse Essen. “Ik wist op dat moment niet eens waarnaar ik aan het kijken was, maar wel dat het liefde op het eerste gezicht was.” Het exemplaar in Essen werd het uiteindelijk niet, omdat het stuur naar links was verplaatst, maar kort daarna dook nummer 103 van de 172 geproduceerde Series 1-exemplaren op in Nederland, waar de Alkenaar zijn Jensen uiteindelijk kliste.   

“Ik moet zeggen dat ik altijd een boontje voor Engelse sportwagens heb gehad”, gaat hij gepassioneerd verder. “Mijn eerste oldtimer was een MGB, gekocht op mijn 28ste – mijn zoon Christophe rijdt daar nu mee. Later kwam er nog een Austin-Healey 100 bij en een jaar of vijf geleden deze 541.”

Vrachtwagenmotor

Op de vraag wat hem dan precies aantrekt in Britse sportauto’s uit die periode, reageert hij met een stiff upper lip: “Het Britse flegma, gecombineerd met technische oplossingen die best gedurfd waren voor die tijd.” De zes-in-lijn onder de gewelfde kap deed nochtans ook dienst in vrachtwagens en geeft met zijn 4 liter longinhoud resoluut voorrang aan koppel boven piekvermogen.   

“Maar toch kwam je in 1954 verrassend goed uit de voeten met 135 paarden,” countert Dirk, “want de relatief lichte 541 haalde er een topsnelheid van 175 km/u mee.” Het Britse tijdschrift The Motor perste zelfs 186,4 km/u uit een testwagen, die gelukkig al voorzien was van schijfremmen rondom.

Onze 65-jarige liefhebber doet het iets rustiger aan en kiest zijn auto’s zoals zijn kleren: aangepast aan de gelegenheid. Dus waar gaat het dan in zijn dromen nog heen met de karmozijnrode Jensen? “Naar Inverness in Schotland”, antwoordt de Limburger overtuigd. “Omdat de oorspronkelijke eigenaar daar woonde en met deze Jensen rondreed.” Van een uiterst gepaste bedevaart gesproken.

Tekst: Ken Divjak

Foto's: © Dennis Noten