In 2015 werd er 84,2 miljard km afgelegd met voertuigen die in België ingeschreven waren. In 2010 zaten we nog aan 82,5 miljard. Over de voorbije 10 jaar is het cijfer overigens enkel gestegen. Volgens Le Soir dat de cijfers van de FOD Mobiliteit in handen kreeg, zijn er verschillende oorzaken voor deze toename. In de eerste plaats blijft het aantal voertuigen in ons land toenemen. Van 5,27 miljoen in 2010 steeg het naar 5,66 miljoen in 2015. Ook het gebruik van de bedrijfswagen wordt als een oorzaak genoemd. Gemiddeld legt een bedrijfswagen 29.442 km per jaar af, tegenover 15.151 km voor een privé-auto. Uiteraard nodigt een auto mét brandstofkaart net dat tikkeltje meer uit. Maar er zijn ook nog andere oorzaken: verwatering van het stedelijk landschap en het aanbod van het openbaar vervoer.
2 in plaats van 3
In ons land hebben de autoriteiten er lang de voorkeur aan gegeven om mensen buiten de steden te laten wonen en om de economische activiteit te concentreren in de stadsrand. Op grote steden als Brussel en Antwerpen na wordt een auto dan onvermijdelijk om aan de eigen transport- en verplaatsingsnoden te kunnen voldoen. Het openbaar vervoer is immers niet georganiseerd in functie van deze uitbreiding van de habitat en van de economische polen die ver verwijderd liggen van centra en stations. Er mogen dan een aantal dingen in gang zijn gezet, het is nog altijd perfect begrijpelijk dat een werknemer, ondanks de files, liever 2 uur per dag in de auto zit (al dan niet een bedrijfswagen) dan dat hij 3 uur op trein, tram, bus en metro moet doorbrengen. De fiets kan een oplossing zijn voor wie dicht bij huis werkt of om het station te bereiken zolang ook dat geen al te grote afstand wordt.
Gewoonte
Het gebruik van de auto lijkt dus een noodzaak te zijn, maar is vaak ook een diepgewortelde gewoonte. Het in vraag stellen van bepaalde verplaatsingen en de keuze voor buurtwinkels zou het aantal kilometers kunnen terugdringen. Toch wordt dat ingewikkeld gezien de evolutie van de entiteit “gezin”. Er zijn steeds meer éénoudergezinnen en ook die hebben een auto nodig. Maar ook jongvolwassenen blijven langer bij de ouders inwonen terwijl ze wel al over een eigen auto beschikken. Tot slot zet het gebrek aan carrièreperspectieven op heel lange termijn binnen steden te vestigen. Met als logisch gevolg dat ieder van de ouders een transportmiddel nodig heeft om op het werk (of aan het station) te geraken in plaats van één auto per gezin.
Het buitenland
Anderzijds is de Belg zeker niet de grootste kilometervreter van allemaal. De Duitser doet nog beter (of slechter, het is maar hoe u het bekijkt) met jaarlijks gemiddeld 1,5% meer kilometers dan onze landgenoten. Le Soir geeft geen verklaring voor deze situatie ook al omdat onze oosterburen inzake mobiliteit eerder een goede reputatie hebben. De Fransen en de Nederlanders daarentegen leggen minder autokilometers af, respectievelijk 9% en 6% minder. De redenen achter deze verschillen verdienen een analyse: woonomgeving, kwaliteit van het spoornetwerk, netwerk van openbaar vervoer, economische groeipolen, professionele carrièremogelijkheden, fiscale stimuli, samenstelling stadsweefsel, samenstelling van gezinnen… In België schat het Planbureau dat het gemiddeld aantal autokilometers nog met 19% zal toenemen tegen 2030. Tegen dan zitten we dus aan een totaal van 93,6 miljard kilometers per jaar!
BLIJF OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE AUTONIEUWS!
Nieuwe modellen, tests, advies, exclusieve evenementen! Het is gratis!