Mobiliteit / François Bellot: "De toekomst van mobiliteit hangt af van samenwerking"

In een interview met onze collega’s van de economische krant l’Echo heeft federaal minister van Mobiliteit François Bellot gezegt dat de mobiliteit radicaal moet evolueren in België. Hij vertelde ook dat de toekomst ervan zonder twijfel afhangt van een versterke samenwerking tussen de verschillende machtsniveaus. Dit lijkt logisch en evident in een tijdperk waarin elke entiteit niet verder dan zijn eigen neus kijkt.

De evolutie van het spoor

Zelfs als 65% van de Belgen hun auto gebruiken om naar het werk te gaan, heeft François Bellot veel vertrouwen in de toekomst van de spoorwegen. Ere wie ere toekomt: hij was degene die de affaire heeft kunnen oplossen met het van Waalse kant langverwachte Gewestelijk Expresnet. Volgens de cijfers van de minister “heeft de NMBS in 2016 72 treinen toegevoegd aan zijn aanbod rond Brussel en 6 rond de stad Antwerpen.” En blijkbaar werkt het, het aantal passagiers is gegroeid van 3,4% in 2017 naar 3,8% in 2018 volgens het Planbureau. Concreet betekent dit 90.000 extra dagelijkse ritten. Aan de andere kant steekt Bellot het ook niet weg dat er nog verbeterpunten zijn, zoals de kwaliteit, de stiptheid en de algemene efficiëntie. En dat is niet gemakkelijk, want tijdens spitsuren zijn er 5 keer meer passagiers die in de wagons moeten passen.

Meer thuiswerken

Bellot geeft ook aan dat hij van plan is om thuiswerk aan te moedigen, net zoals carpoolen. Volgens hem moeten er meer gunstige maatregelen zijn voor deze alternatieven. Maar ook hier moeten moeten er ontmoetingspunten zijn tussen de verschillende regeringen. Want Wallonië wil carpoolen en thuiswerken wel bevoorrechten, maar het lijkt erop dat Vlaanderen en Brussel er niet hetzelfde over denken. Vlaanderen zou graag de ring rond Brussel vergroot zien worden en voor Bellot heeft het geen zin om het aantal treinen toe te laten nemen als het aantal bussen aan de stations niet volgt. “Coördinatie is de sleutel”, volgens François Bellot. Voor hem moet mobiliteit een interfederale zaak zijn.

Bedrijfswagens

Velen verwijten het systeem van bedrijfswagens ervan dat het vervuilt en voor files zorgt (lees hier ons compleet dossier). Maar voor François Bellot is dat niet het geval. Hij beweert zelfs dat “de bedrijfswagen onterecht is geviseerd. Het gaat slechts om een klein aantal wagens.” Hij vernoemt het cijfer van 300.000 auto’s op een totaal van 6,2 miljoen auto’s die op ons territorium rondrijden. Dat lijkt weinig, de laatste schattingen komen uit op 625.000 stuks. Hoe het ook zij, Bellot denkt dat bedrijfswagens minder vervuilen omdat ze recenter zijn. En ze schrappen zou ook geen optie zijn, omdat mensen die hun bedrijfswagen verliezen snel weer een andere (meer vervuilende) auto zouden kopen.

Noodzakelijke alternatieven

Het is duidelijk dat de mobiliteit van morgen afhangt van nieuwe alternatieven. “Maar het gedrag moet ook veranderen”, volgens de minister. “Alle maatregelen voor het spoor zijn genomen vóór de fameuze klimaatmarsen. Ik begrijp dat mensen boos zijn en niet begrijpen waarom mensen die in de buurt van hun werk wonen en er met het openbaar vervoer binnen 20 minuten kunnen geraken, nog steeds een auto gebruiken.” En nogmaals, de oplossing ligt in een samenwerkingsmodel voor overheden om “geïntegreerde mobiliteitsmodellen te bereiken”.