- Score redactie /20
Bij zelfopladende full hybrids (die dus ook puur op hun elektromotor kunnen rijden) denken we natuurlijk spontaan aan Toyota. Geen wonder, want het Japanse merk heeft van deze aandrijftechnologie zijn handelsmerk gemaakt – en bovendien had de Prius jarenlang het rijk voor zich alleen. Tot in 2015 Hyundai zijn Ioniq voorstelde... die niet onder banken of stoelen stak waar hij de mosterd gehaald had.
De Ioniq uiterlijk een kopie noemen van de Prius gaat te ver, maar het concept en totaalpakket liggen duidelijk dicht bij elkaar. Technisch gooide Hyundai het daarentegen over een compleet andere boeg. Geen gedoe met complexe tandwielstelsels hier, gewoon een atmosferische 1.6 gekoppeld aan een gerobotiseerde zesversnellingsbak met dubbele koppeling en een elektromotor ertussen – een wereld van verschil voor de beleving.
In de loop van 2019 kreeg deze gestroomlijnde vijfdeurs een facelift, die hem een aangepaste neus opleverde, nieuwe ledlichten en een hertekende middenconsole, met een hoofdrol voor het 10,25 duim grote aanraakscherm van het geconnecteerde infotainmentsysteem. Terloops werd ook het ouderwetse pedaal voor de parkeerrem vervangen door een elektronisch systeem met een hendel op de middentunnel. Allemaal verbeteringen ten goede, zo bleek...
Leuk
Ik hou wel van de looks van de Ioniq, en de facelift heeft hem wat meer karakter gegeven. Vooral de nieuwe achterlichten zien er in het donker zoveel eleganter uit dan de simpele ledstrip van de prefaceliftversie. Maar vooral het nieuwe interieur is voor mij een voltreffer: degelijk geassembleerd, knap vormgegeven en ’s avonds mooi indirect verlicht met zachtblauwe tinten. Heerlijk ontspannend.
De lat inzake verbruik ligt tegenwoordig erg hoog (of liever: laag) in het segment van de middenklassers, nu hier en daar klassieke benzinevarianten – al dan niet middels allerlei kunstgrepen – vlotjes onder 6 l/100 km blijven. Om zijn status van ‘groene’ middenklasser te kunnen waarmaken moest onze Ioniq dus nog merkbaar beter doen dan dat. Opdracht volbracht: ik kwam na een kleine week uit op 5 liter op de kop – voornamelijk gemeten over een snelwegparcours.
Maar de Ioniq is niet alleen maar zuinig. Het is een auto met twee gezichten: de Eco-modus is volledig gericht op brandstof besparen, maar in de Sport-stand schuilt onverwacht veel pit in deze aandrijflijn. Deze modus laat de 141 paarden spreken en voegt een dosis temperament toe die erg welkom is om sereen mee te kunnen op de snelweg. Alleen jammer dat de versnellingsbak dan weigert om naar zesde op te schakelen, zodat je alsnog met de lepels aan het stuur aan de slag moet.
Jammer
Laat me beginnen met een open deur in te trappen: het zicht achteruit. Die dwarsbalk die midden door je gezichtsveld loopt wanneer je in de achteruitkijkspiegelt tuurt? Daar zou ik nog mee kunnen leven, maar het ontbreken van een ruitenwisser is voor mij een no-go. ’s Ochtends op pad met een met dauw bedekte auto? Dan is het wachten tot de elektrische verwarming door de wasem brandt voor je iets achter je ziet. Eigenlijk ben je bijna verplicht het achterruitje handmatig schoon te vegen vóór je instapt.
Vertrekken doet de Ioniq altijd in Eco-modus, en die maakt er een erezaak van om elke dynamische ambitie vakkundig de nek om te draaien. Voor iemand met een rustige rechtervoet is dat doorgaans geen probleem, maar zelfs dan moet je af en toe eens invoegen of snel een kruispunt vrijmaken – en dan is wat meer punch toch wel gewenst. In de praktijk betrapten we onszelf er daardoor op de hele tijd te zitten switchen tussen Eco en Sport – tussen die twee is zeker nog ruimte voor een Normal-stand.
Gezien het vreedzame karakter van de aandrijving in de defaultstand is het trouwens hoogst verbazend hoe hard de Ioniq is afgeveerd. De vele betonbanen met hun peknaden die ons land rijk is, worden al snel een beproeving. Het goede nieuws is dat de auto zich daardoor ook leent tot wat enthousiaster stuurwerk, maar hoeveel bestuurders zullen daarvoor een Ioniq bestellen?
Dus
De facelift van de Ioniq heeft binnenin voor een mooie opwaardering gezorgd, die het cocoongehalte van deze Hyundai nog wat opkrikt. Maar wat de Koreanen bezield heeft om zo’n rustgevende auto een dermate harde ophanging mee te geven, Joost mag het weten. Spijtig, want voor de rest is deze Hybrid zeker een auto naar mijn hart: eentje die van ecorijden een spel maakt, maar zeker geen kastijding.
In dit artikel : Hyundai, Hyundai Ioniq
BLIJF OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE AUTONIEUWS!
Nieuwe modellen, tests, advies, exclusieve evenementen! Het is gratis!