Eerste test / Mercedes B-Klasse

De B-Klasse is een totaal nieuwe auto, al zou je dat misschien op het eerste gezicht niet zeggen... Hoewel je de B-Klasse altijd al zo'n beetje kon beschouwen als een cross-over tussen een middenklasser, een compacte eenvolumer en een break, neemt Mercedes zelf dat woord niet in de mond; bij het Duitse merk omschrijven ze hun nieuweling als “sports tourer”. Hij is zo'n 9 centimeter langer dan zijn voorganger en nauwelijks breder, maar ook 5 centimeter minder hoog. Opvallend is dat de benzinemotoren bijzonder soepel blijken van bij de laagste toeren en in bijna niets hoeven onder te doen voor hun dieselbroers.

Pas met de krachtiger versies beleef je echt rijplezier. En dat is er ook dankzij het nieuwe onderstel met vier onafhankelijk opgehangen wielen, het verlaagde zwaartepunt en een afstelling die een veilig en gezond, maar ook bijna sportief weggedrag oplevert. Mercedes belooft met zijn nieuwe motoren ook een terugval van het brandstofverbruik met twintig procent tegenover vroeger (vandaar dat ze allevier het BlueEfficiency-label meekrijgen) en onze eerste indruk is dat die cijfers in de praktijk bevestigd worden.

De Belgische invoerder introduceert een zeer scherpe basisprijs (net geen 25.000 euro voor de B 180 BlueEficiency) en biedt bovendien een Launch Pack aan (bestaande uit een sportpakket en bixenonkoplampen met leddagrijlichten) voor zo'n 1.500 euro (of 1.000 euro minder dan normaal). Mercedes-getrouwen hoeven echter niet te 'wanhopen': als je een B-Klasse van alle opties voorziet, kun je vrij makkelijk nog meer dan 15.000 euro extra spenderen. Maar dan heb je wel (veel van) het comfort en de luxe van een grote.