Eerste test / Rolls-Royce Phantom Coupé

Rolls-Royce had er zich vanaf kunnen maken door een dak op de Phantom Drophead Coupé te schroeven, maar die weg zijn de verantwoordelijken in München (of Goodwood) niet ingeslagen. Voor de aandrijving zorgt dezelfde motor die ook in de limousine en de cabrio zit: een 6,75 liter grote, rechtstreeks ingespoten V12 die 460 pk ontwikkelt bij 5.350 o/m en een koppel van 720 Nm bij 3.500 o/m. Hij is nog steeds gekoppeld aan een zestrapsautomaat van ZF die je in deze coupé iets meer kunt beïnvloeden dan in andere Phantoms: de Slow-knop op de halve maan rechts tussen de stuurwielspaken werd vervangen door een Sport-knop, die de bak sneller en alerter laat reageren en in een steilere afdaling voor de nodige motorrem moet zorgen.

Met een kleine dot gas zweven we weg van het hotelparkeerterrein. Van de stuggere ophanging is weinig te merken, maar toch iets. Dat blijkt ook bij de eerste rotondes: dit is zeker geen scheurijzer, maar de auto gaat niet meer zo geprononceerd op zijn buitenste voorwiel hangen. Ondertussen gaan we een strook snelweg op en proberen we eventjes de kickdown uit: de power reserve-meter (die op de plaats zit van de toerenteller) duidt tussen nul en vijf procent reserve aan en de Coupé schiet ervandoor.

Binnenin is het daarbij zo stil dat je je vanaf 140 km/h zelfs begint te ergeren aan die hele flauwe windruis die de kop opsteekt. Alles is relatief... Dan maar genieten van de bijzonder goede geluidsinstallatie met vijftien luidsprekers (waarvan twee subwoofers) en een versterker met een vermogen van 420 watt. De luidsprekers zijn het werk van Lexicon, een high-end-producent van studioluidsprekers.

De weg wordt duidelijk smaller en bochtiger, tijd om deze "sport-Rolls" de sporen te geven. Al snel merk je dat je hier toch nog steeds met 2,6 ton op weg bent, maar de auto blijft wel steeds welgemanierd en veilig. Hem smijten in de bochten loont echter niet, de Rolls wordt dan nukkig en onderstuurd en verliest zijn gratie, de passagiers worden onwel en de bestuurder begint met de auto te worstelen in plaats van hem te mennen als een dressuurpaard, met ingehouden, keurig gedoseerde bewegingen. Rij je wat terughoudender, meer vooruitziend en een fractie minder snel, dan komt de soevereiniteit terug en ook het ontspannen gevoel als bestuurder.

De "Duitsers van BMW" zijn erin geslaagd om met de Phantom-reeks Rolls-Royce zijn vroegere glans te laten herwinnen. Sinds kort wordt de aankoop van een Rolls weer gezien als een nieuwe aanwinst voor de familiejuwelen, een "kleinood" dat van vader op zoon zal worden overgedragen, zoals een kostbaar horloge. De Phantom Coupé staat in deze context zeker op de hoogte van een Audemars Piquet of een Patek Philippe: ambachtswerk tot kunst verheven, met een bijbehorend prijskaartje.

U kunt de volledige test nalezen in AutoGids 750 van 23/07/2008.