Eerste test / Skoda Superb 1.5 TSI: volhouden geblazen

Het concept

De Skoda Superb is een lieveling van taxibedrijven en leaserijders die een comfortabele en vooral erg ruime auto willen, zonder daar per se een premiumbedrag voor af te tikken. Het is Skoda’s grootste (of toch langste) model en hij staat bekend om zijn immense binnen- en laadruimte. Dit is de derde en tevens meest populaire generatie van het model, maar net zoals alle andere traditionele modellen dreigt hij ingehaald te worden door de SUV-gekte. De opfrisbeurt komt dus geen moment te vroeg.

Wat er verandert

De technische aanpassingen zijn bij deze facelift eerder summier. De wijzigingen aan het exterieur beperken zich tot een nieuwe en iets grotere grille, een hertekende voorbumper, nieuwe led-lampen met matrixfunctie vooraan en de merknaam die nu in letters op de kofferklep staat. Het zijn subtiele aanpassingen, maar ze doen de Superb wel weer wat moderner ogen. De strakke lijnen van deze derde generatie waren sowieso al vrij tijdloos, dus een revolutie was ook niet nodig.

Binnenin van hetzelfde laken een pak, met enkel wat nieuwe materialen, een nieuw infotainmentsysteem en sfeerverlichting als ‘grote’ veranderingen. Skoda blijft wel erg trots op de binnenruimte van de Superb, met heel wat beenruimte voor de passagiers én een flinke koffer (625-1760 l voor de berline, 660-1950 l voor de Combi) voor de bagage.

De grootste vernieuwing zit waarschijnlijk in de technologische rekenkracht, want de Superb kan nu ook rekenen op alle moderne rijhulpsystemen. De adaptieve snelheidsregelaar leest nu ook de verkeersborden om de juiste snelheid te bepalen, terwijl de sensoren rondom de auto zwakke en andere weggebruikers tot op een afstand van 70 m herkennen en indien nodig de auto afremmen.

De facelift van de Superb brengt ook een nieuwe koetswerkvariant met zich mee: de Scout. Net zoals bij de Octavia is dit een iets hogere en stoerdere versie van de Combi, met standaard vierwielaandrijving, een DSG en de krachtigste motoren uit het gamma (2.0 TDI 190 of 2.0 TSI 272). Hij is te herkennen aan zijn plastic beschermplaten rondom, binnenin zijn er ook sierlijsten met houtlook die de Scout onderscheiden van de rest van het gamma.

Tenslotte zijn er onder de motorkap ook een tweetal nieuwigheden te vinden: een herziene 2.0 TDI Evo (bekend van de Passat) én een plug-in hybride (iV). Op die laatste is het nog even wachten, de eerste leveringen van de Superb iV komen pas begin 2020. De nieuwe 2.0 TDI Evo heeft lagere emissies dan zijn voorganger (al zijn de concrete cijfers nog niet bekend) dankzij aanpassingen aan het injectiesysteem, de turbo, de krukas en het koelingssysteem.

Hoe hij rijdt

We konden rijden met de 1.5 TSI met handbak, de instapmotor op benzine voor de Superb. Diens 150 pk en 250 Nm weten de net geen 1,5 ton zware Superb vlot genoeg voort te bewegen. Enkel onderin de toeren komt het blok wat kracht tekort om soepel op gang te komen. Terugschakelen is dan het devies. De manuele zesbak laat zich gelukkig gemakkelijk bedienen, met een zuivere en vrij aangename beweging. Enkel de 1.5 TSI is te bestellen met handbak, de andere tweeliters zijn steeds gekoppeld aan een DSG-7.

Aan het chassis zijn de ingenieurs van Skoda niet geraakt, de Superb rekent dus nog altijd op een vooral comfortabele afstelling. Een poging tot dynamiek wordt snel getemperd door de weinig gewillige besturing en een lichte neiging naar onderstuur. Daar staat wel tegenover dat Skoda’s grootste berline oneffenheden zonder enige moeite wegfiltert, en ook rijgeluiden komen maar zachtjes de cabine binnen.

Maar de grootste troef van de Superb blijft nog steeds zijn ruimteaanbod. Hij slikt met graagte 4 grote volwassenen en al hun bagage voor een paar weken op reis. En onderweg zal er geen geklaag komen van de inzittenden, dankzij de comfortabele zetels en het (optionele) panoramadak dat het interieur een lichte sfeer geeft.

Budget

De vernieuwde Superb is te koop vanaf 32.195 euro, de iets praktischere Combi kost 1.165 euro extra. Voor dat geld krijgt u deze 1.5 TSI met handbak in de Ambition-uitvoering, de Active wordt niet meer geleverd. Voor wat meer geld zijn er ook nog de Style, Sportline en Laurin&Klement-uitvoeringen beschikbaar. Dieselen kan, met als instapper een 1.6 TDI voor zo’n 1.500 euro meer dan de benzine, een optie die we veel zullen terugzien op onze wegen aangezien 90% van de Skoda Superbs bij ons leasewagens zijn, met nog steeds een marktaandeel van 73% voor de dieselversies.

Ons verdict

De Skoda Superb kiest voor evolutie in plaats van revolutie om zijn populariteit te behouden, met een Scout-versie om de SUV-gekte te bestrijden. Daardoor is er niets veranderd aan zijn fundamentele kwaliteiten: hij blijft erg ruim, comfortabel en het design oogt nog steeds strak. Als dat belangrijke punten zijn voor u, zien we geen reden waarom de Superb niet bovenaan uw lijstje zou mogen staan.