Eerste test / Toyota Avensis: Zo goed als nieuw

Het concept

De Avensis is Toyota's topberline, gepositioneerd in het D-segment van de grote middenklassers (Ford Mondeo, VW Passat,...), dat de laatste jaren een flinke dip heeft gekend. Daarmee is zijn carrière dus gecompromitteerd geweest, omdat hij op de markt kwam op het moment dat zijn afzetmarkt aan het krimpen was. De sector verwacht echter dat die achteruitgang dit jaar wordt gestuit en dat het segment stilaan weer zal gaan groeien. Het ideale moment dus om de Avensis een facelift te geven en hem aan de passen aan de smaak van de dag.

Wat er verandert

Verrassend veel, eigenlijk. De hele frontpartij is onder handen genomen, met nieuwe lichtblokken en een nieuwe bumper, die het gezicht van de auto grondig veranderen. Hij lijkt daardoor veel sterker op zijn (ook zopas gefacelifte) kleine broer Auris en de herwerkte voorbumper maakt hem bovendien 4 centimeter langer, al komt die groei de binnenruimte niet ten goede. Ook de achterlichten zijn grondig hertekend en op de kofferklep van de Wagon is een verchroomde bies aangebracht die de auto een chiquere uitstraling geeft.

Het dashboard is volledig nieuw, met een instrumentenbord met een klein kleurendisplay en twee tellers in kokers zoals in Alfa Romeo's van weleer en een geëvolueerd multimediasysteem dat met een internettoegang kan worden uitgerust. De rugleuning van de voorstoelen is grondig herwerkt voor meer zijdelingse steun en vanaf de middelste uitrustingsniveaus kan je wat kleur brengen in het grijze interieur met tweekleurige stoelen of een dashboard met koperkleurige decoratiestukken.

Het chassis is stijver gemaakt waardoor de veren soepeler konden worden afgesteld. De daar uit volgende grotere rolneiging is tegengegaan met een dikkere antirolstang. Uiteraard zijn de schokdemping en de elektrische stuurbekrachtiging navenant aangepast.

Het grootste nieuws zit onder de motorkap. Niet zozeer op benzinevlak, want de 1.6-, 1.8- en 2.0-viercilinders zijn licht aangepast om Euro 6-conform te worden en dat is het zo'n beetje, maar wel voor de diesels. De 2.0 D-4D (126 pk) en 2.2 D-4D (150 pk) van Toyota zelf zijn namelijk geschrapt. In de plaats kwamen een 1.6 met 112 pk (en 270 Nm) en een 2.0 met 143 pk (en 320 Nm), die Toyota bij BMW inkoopt. De 1.6 kennen we al uit de Verso, de 2.0 is de motor die tot voor kort dienst deed in alle BMW's met een 18d-motoraanduiding.

Hoe rijdt hij?

We vatten onze test aan met de 2.0 D-4D, die onmiddellijk opvalt door zijn werkingsstilte. Op de snelweg verdwijnt hij volledig naar de achtergrond en ook bij het optrekken kunnen we nauwelijks horen dat we met een zelfontbrander onderweg zijn. We moeten daarbij wel aanmerken dat het parcours weinig uitdagend is, wat natuurlijk maakt dat de motor niet hard moet werken en dus ook minder lawaai maakt. Desondanks valt het verbruik op de boordcomputer ons tegen, want we kregen het niet onder de 6,5 l/100 km.

Daarna wachten ons de 1.6 D-4D en een meer bochtig en bergachtig parcours. We zijn aangenaam verrast door de uitstekende schokdemping van de Avensis, die een zeer goede koetswerkcontrole weet te verzoenen met veel comfort. Dit is een Toyota en dus is het chassis verder zeer behoudensgezind afgesteld met op de grens niets anders dan onderstuur en een ESC (elektronische stabiliteitscontrole) dat bijzonder nerveus reageert op de minste provocatie. De basisdiesel is echter allesbehalve nerveus. Met twee aan boord en nauwelijks bagage moet de turbodiesel al hard werken om de auto de bergen op te sleuren en we moeten zeer vaak terugschakelen om te voorkomen dat de viercilinder doodvalt. Die grote inspanning vertaalt zich volgens de boordcomputer in een even hoog verbruik als de tweeliter.

Dan kiezen we liever de 1.8-benzinemotor gekoppeld aan de optionele CVT-automaat. Die is werkelijk fluisterstil en hoewel hij krachtig genoeg is om de Avensis aan te drijven, zet hij ons van nature aan tot een meer ontspannen rijstijl... die wordt beloond met een verbruik van 5,5 l/100 km. In eigen land, met hogere snelheidsbeperkingen en een drukker verkeer komt daar waarschijnlijk nog een litertje bij, maar dan is deze versie nog erg zuinig.

Budget & uitrusting

De Avensis wordt aangeboden met vier uitrustingsniveaus (Active, Comfort, Dynamic en Premium), waarvan het derde naar schatting zo'n 80 procent van de klanten zal verleiden. Die versie krijgt standaard navigatie, automatische airco, een handenvrijsleutel, stoelen in stof en alcantara en het Toyota Safety Sense, een camera en laserscanner achter de vooruit die samen de functies van spoorassistent, automatische remhulp, snelheidsbordherkenning en grootlichtassistent aansturen. De basisprijs voor een Avensis 1.6 D-4D Active is 27.060 euro, de Dynamic kost 30.690 euro.

Concurrenten

We zeiden het al: dit is een erg groot segment. De grote namen zijn de Volkswagen Passat en Skoda Superb, de Ford Mondeo (alle drie gloednieuw) en de Opel Insignia, maar uit eigen land moet de Avensis ook op zijn hoede zijn voor de onlangs opgefriste Mazda 6.

Ons verdict

We kennen Toyota vooral om zijn voorzichtige manier van werken, maar toch is de Avensis grondig hertekend, met een veel modernere look als gevolg. Hij krijgt nieuwe diesels van BMW (die geen verbruiksrecords breken), waarvan de basismotor (1.6 D-4D) niet voor gehaaste bestuurders bedoeld is. De uitrusting is stevig uitgebreid en gemoderniseerd. Dat zou hem de nodige wapens moeten geven om met succes mee te surfen op de heropleving van het D-segment.

TECHNISCHE FICHE - Toyota Avensis 1.6 D-4D
Motor : 4-cilinder in lijn, turbo, 1598 cc
Vermogen : 112 pk bij 4000 o/m
Koppel : 270 Nm bij 1750-2250 o/m
0-100 km/h : 11,4 s (Wagon: 11,7)
Topsnelheid : 180 km/h
Normverbruik: 5,1-5,3 l/100 km
CO2-uitstoot: 131-138 g/km
Basisprijs: 27.060 euro