Eerste test / Skoda Superb: Skoda Superb, Tsjechische A6...

Het concept

Voor de eerste twee generaties spraken we vaak van een 'Tsjechische Passat' wanneer het over de Skoda Superb ging. Verdient de derde, meer gewaagde generatie dat we hogerop gaan kijken? Mogen we hem een 'Boheemse A6' noemen? Zonder dat we wild enthousiast werden, slaagde Skoda's vlaggenschip er in een paar honderd kilometer in elk geval in om weer in onze achting te stijgen. Het concept van de berline met grote volumes is niet veranderd, want de Tsjechen gaan nog meer dan tevoren die richting uit, maar deze keer wel gecombineerd met reële esthetische ambities en een modernere uitrusting (comfort en veiligheid). De verkoopcijfers van de grote berline, die al aftikten op meer dan 700.000 exemplaren sinds de eerste generatie in 2001, blijven elk jaar groeien (94.000 stuks in 2014 alleen). De derde generatie zou die tendens moeten bevestigen.

Wat er verandert

Hetzelfde maar dan helemaal anders. In de eerste plaats uiterlijk. De auto is nauwelijks langer (+ 2,5 centimeter), maar staat op een stevig uitgerokken wielbasis (+ 8 centimeter) en heeft een ingekorte vooroverhang, waardoor hij meer elegante proporties heeft en beter op de weg geplaatst is. Het hele koetswerk is hertekend voor meer zuiverheid en uitstraling. Afhankelijk van de hoek waaronder we hem bekijken, zien we er de nieuwe Volkswagen Passat in (karakterlijn op de flanken) of zelfs de Audi A6 (integratie van de achterlichten, kofferklep), wat in zijn geheel resulteert in een goede indruk: de Superb is een mooie auto. Daarnaast wordt de uitrusting aangevuld met de jongste technologie van de Volkswagen-groep, met de Passat op kop. De veiligheid gaat er met sprongen op vooruit, met een adaptieve snelheidsregelaar, een actieve spoorassistent (de auto stuurt zelf), actieve grootlichten enzovoort. Met andere woorden: de Superb komt op gelijke hoogte met de besten. Onder de motorkap liggen enkel bekende viercilinders, met op benzine de 1.4 TSI (122 of 150 pk), 1.8 TSI (180 pk) en 2.0 TSI (220 pk) en op diesel de 1.6 TDI met 120 pk en de 2.0 TDI met 150 of 190 pk. Skoda spreekt ook van een hybride versie, die later komt...

Hoe rijdt hij?

We beginnen onze test aan het stuur van een 1.4 TSI 150, een bekende motor die perfect capabel is om de 1.400 kilo (met passagiers) van de grote berline aan te drijven. We hadden een beetje schrik dat hij zich op de Toscaanse slingerwegen zou gedragen als een olifant in een porseleinwinkel, maar dat was hoegenaamd niet het geval. Het MQB-platform en zijn goede algemene evenwicht garanderen de auto een dynamisch en snedig rijgedrag, met een indruk van levendigheid, terwijl hij toch stabieler werd (langere wielbasis en bredere sporen). Hij is met andere woorden gevoelig beter dan de vorige generaties, behalve dan op de snelste stukken bergop, waar de 1.4 adem tekort komt. Bij stabiele snelheden op grote verkeersassen rijdt deze motor soms trouwens op twee cilinders. Met de snelheidsregelaar ingeschakeld kan je hele kilometers in die modus rijden, wat het verbruik ten goede komt. De boordcomputer gaf trouwens aan dat we 7,2 l/100 km verstookten met onze testauto.

Zelfs de 125 pk-versie van de 1.4 TSI trekt zich nog correct uit de slag, al verplichtte het reliëf van de Chianti-regio ons er wel toe om constant met de versnellingspook aan de slag te gaan. Deze kleine motor legt weinig belasting op de neus, zodat die bochtige trajecten gemakkelijk aansnijdt en pas erg laat en geleidelijk gaat ondersturen wanneer je hem onnodig forceert. De 2.0 TDI 150 4x4 was de derde versie die we testten en die was logischerwijze zwaarder... al kan zijn koppel dat meestal goed camoufleren.

Voor het eerst in een Skoda past het DCC (adaptieve schokdempers) permanent de reacties van het chassis aan de omstandigheden aan volgens verschillende rijmodi: Normal, Comfort, Sport, Eco of Individual. In Normal doet hij wat je van een Superb verwacht, dus goed op alle vlak, maar wij experimenteerden vooral met de Comfort-stand met zijn koninklijke filtering, die ideaal is om de slechtste wegen kunstmatig uit te vlakken. Op die manier geniet je trouwens het meest van de Superb: bij een rustig tempo, waarbij zijn reusachtige interieur een cocon van welzijn wordt. Hoewel de vorige generatie het al niet nodig had, groeide de beenruimte nog, net zoals de elleboogbreedte en de hoofdruimte. Vier grote kerels van zo'n 1,90 meter zitten er allemaal als koningen. Ook de koffer biedt een immens volume, van 625 liter in minimumopstelling tot 1.700 liter met alles neergeklapt. De kofferklep kent niet langer een dubbele opening, maar kan als optie automatisch openen door met je voet onder de achterbumper te zwaaien.

Budget/uitrusting

De Superb is verkrijgbaar in vier uitrustingsniveaus: Active, Ambition, Exclusive en Laurin&Klement. We kregen voorlopig enkel de basisprijzen mee: 25.650 euro voor een 1.4 TSI 125 en 26.300 voor een 1.6 TDI 120. Dat is iets minder dan een Passat, maar laat ons even een rechtstreekse confrontatie afwachten voor we definitieve conclusies trekken. De Superb III komt bij ons in juni op de markt en het gamma zal snel uitbreiden. Naast de courante motorversies hebben de verantwoordelijken ons ook bevestigd dat op middellange termijn meer dan waarschijnlijk een hybride versie komt. Maar daarvoor krijgen we al een GreenLine met een CO2-uitstoot van 95 g/km. De Combi-versie laat nog tot de herfst op zich wachten.

Concurrentie

De Volkswagen Passat, uiteraard. Maar ook de Ford Mondeo. De Audi A6 nog niet bepaald, ondanks de allusies in de titel van dit artikel, want die is nog een pak meer 'premium'. Maar hoewel het nog vroeg is, is het al wel duidelijk dat de nieuwkomer zijn naaste rivalen het leven moeilijk zal maken. Hij is mooier en beter uitgerust, maar let op, want vooral de optielijst is langer geworden. Maar door de troeven over te nemen van zijn voorganger, heeft hij alles in huis om automobilisten te verleiden die op zoek zijn naar een grote berline die nog betaalbaar is.

Ons verdict

De Superb III is zoals we hem hadden verwacht: een grote en ruime berline die en pak beter werd dan zijn voorganger dankzij zijn nieuwe onderstel (MQB-platform) en zijn veel charmantere look. Deze Skoda is met andere woorden volwassen geworden. Jawel, hij is groot en dus plaatsrovend in de stad, maar dat is werkelijk alles wat we hem kunnen aanwrijven, in afwachting van een confrontatie met zijn rivalen.