Detailtests / Honda CR-V 1.5 i-VTEC Turbo A : Meer ruimte en comfort

Samen met de in 1994 gelanceerde Toyota RAV4 was de Honda CR-V bij zijn introductie in 1995 een van de pioniers in het segment van de compacte SUV’s – we kunnen dus gerust spreken van een vaste waarde. De CR-V is trouwens op zijn eentje goed voor een kwart van de wereldwijde verkoop van Honda. Hij is niet zozeer populair in Europa, maar des te meer overal elders in de wereld, en dan vooral aan de andere kant van de Atlantische Oceaan. Deze huidige, vijfde generatie is in de VS al twee jaar op de markt en klopte er alle records, met bijna 378.000 verkochte exemplaren in 2017, tegenover iets meer dan 300.000 stuks per jaar sinds 2013. Om u een idee te geven: in de Verenigde Staten worden op één maand tijd zoveel CR-V’s verkocht als in Europa in een heel jaar. Werk aan de winkel dus voor de nieuwe generatie om ook bij ons een plaatsje onder de zon te heroveren.

Nochtans vergt het een geoefend oog om het nieuwe model te onderscheiden van het vorige. En toch is de technische basis volledig nieuw, grotendeels geleend van de Civic – platform, motor, infotainmentinterface, enzovoort. Maar de echte nieuwigheid schuilt in het feit dat de CR-V voortaan tot zeven inzittenden kan vervoeren. Dat moest ook wel, aangezien almaar meer rivalen in deze categorie die kaart trekken – denk maar aan de Peugeot 5008, Skoda Kodiaq of Volkswagen Tiguan Allspace. Jammer genoeg kregen we echter een vijfzitsversie ter test, maar wel een exemplaar dat de 1.5 i-VTEC Turbo combineerde met een CVT-automaat en vierwielaandrijving. Een combinatie die de verwachtingen inlost?