In het kort
-
Techniek
De 2.2 i-DTEC, die werd overgenomen van de vorige CRV, volstaat ruimschoots om de veelzijdigheid van deze SUV te verzekeren. Deze viercilinder laat zich bij stationair toerental wel wat horen, maar bij constante snelheden is hij stil. De manuele zesbak is een toonbeeld van bediening en spreiding. Hetzelfde kan jammer genoeg niet gezegd worden van de automaat, die nog van de oude generatie is, slechts vijf trappen heeft en niet compatibel is met het stop-startsysteem.
-
Wegligging
De nieuwe CR-V gebruikt het platform van zijn voorganger, al werd dat wel versterkt en werden de wieltreinen verfijnd. In de praktijk geeft dat een heel verschil, want de Japanse SUV rijdt nu veel minder plomp. Efficiëntie en rijplezier verzekerd dus, al hypothekeert het onvoldoende centrerende stuur het dynamisme enigszins. Toch kwijt de CR-V zich uitstekend van zijn taak als gezins-SUV. Vierwielaandrijving is standaard, maar de meerschijvenkoppeling wordt nu elektrisch bediend.
-
Veiligheid
De CR-V gaat er bijna vanzelfsprekend op vooruit inzake veiligheid. Zo kan hij voortaan een adaptieve snelheidsregelaar krijgen, gecombineerd met een (actieve) spoorassistent en een botspreventiesysteem, dat indien nodig automatisch kan remmen. Het enige probleem is dat al die uitrusting alleen verkrijgbaar is op de topversie Executive, via een optiepack dat meer dan 5.000 euro kost. Het zicht schuin vooruit is merkbaar beter dan vroeger, dat achteruit laat nog altijd te wensen over.
-
Comfort
De CR-V kan prat gaan op een goed gedempte ophanging evenals op uitstekende stoelen. Alle comfortvoorwaarden zijn dus vervuld, temeer omdat deze SUV beter geluidgedempt is dan zijn voorganger, behalve dan misschien qua stroomlijngeluiden, die op de snelweg nog wat te sterk hoorbaar zijn. Verder biedt de CR-V flink wat binnenruimte, met name op de achterbank, waar plaats is voor drie volwassenen. De instrumenten zijn volledig, maar de ergonomie zou wat eenvoudiger mogen.
-
Praktische kant
Een wijd openzwaaiende achterklep (op de duurdere versies gemotoriseerd), deuren die in een hoek van bijna 90 graden opengaan, talrijke en goed bereikbare opbergruimtes, een opmerkelijk doordachte moduleerbaarheid en een riante binnenruimte: dat zijn de kwaliteiten van de CR-V, die zich laat appreciëren als gezins-SUV, maar evengoed als vrijetijdsvoertuig, want in de koffer kun je twee mountainbikes kwijt zonder dat je eerst de voorwielen hoeft te verwijderen.
-
Budget
Goedkoop is de CR-V niet. Maar dat is vooral een gevolg van de techniek die hij meekrijgt: een 2.2-diesel gecombineerd met vierwielaandrijving. Het ligt voor de hand dat de 1.6-diesel met voorwielaandrijving veel interessanter zal zijn op dit vlak en dus zal kunnen concurreren met de instapmodellen van de Koreaanse constructeurs. De uitrusting van de CR-V is aanvaardbaar, zonder meer. Alleen moet je systematisch voor een duurdere versie kiezen om over extra uitrusting te kunnen beschikken.
Hij pakt er niet echt mee uit, maar de CR-V bulkt van de kwaliteiten: hij is beter afgewerkt en beter uitgerust dan zijn voorganger, presteert behoorlijk - zonder dorstig te worden - en is nog altijd comfortabel, opmerkelijk intelligent ontworpen en ruim. Objectief gezien heeft hij alle kaarten in handen om uit de schaduw te treden. Maar als je erover nadenkt, was dat ook al zo voor zijn voorgangers - in ieder geval van de dieselversies. We zouden ons dan ook kunnen afvragen waar het schoentje wringt. Een onpersoonlijke look? Misschien. Een fiscaal ongunstige motor? Dat is al waarschijnlijker. Maar daaraan zal binnen enkele weken een mouw worden gepast: met de 1.6-diesel van 120 pk zal de CR-V eindelijk kunnen tonen wat hij écht waard is.